Dutch Design Week, die de laatste week van oktober in Eindhoven plaatsvindt, is zoveel meer dan design alleen. In meer dan 500 presentaties, lezingen en voorstellingen komen ook vele onderwerpen voorbij die voor eenieder met een interesse in techniek zullen aanspreken. Programma- en communitymanager Joost Liebregts licht enkele favorieten uit.
De toekomst strijkt weer voor ruim een week neer in Eindhoven. Van 22 tot en met 30 oktober vindt in de lichtstad de 21e editie van Dutch Design Week plaats – de 25e editie zelfs als je het evenement waar Dutch Design Week uit voorkomt meetelt. Opnieuw zullen honderdduizenden bezoekers uit de gehele wereld in meer dan honderd locaties zich kunnen laten inspireren door werk van meer dan 2600 ontwerpers.
Wie zich op Dutch Design Week mogen presenteren wordt mede bepaald door het team van programma- en communitymanagers. Zij zagen dit jaar meer dan duizend inzendingen voorbijkomen, waarvan ruim 500 zich uiteindelijk mogen presenteren tijdens Dutch Design Week – sommige inzendingen, bijvoorbeeld de presentatie door Design Academy Eindhoven, tellen meerdere ontwerpers.
Liebregts is een van de vier programmamanagers uit het kernteam van Dutch Design Week. Ieder kiezen ze met hun eigen achtergrond en ervaring de voor Dutch Design Week geschikte inzendingen. “Mijn perspectief is vanuit industrial designâ€, zegt hij. “Ik heb industrial design gestudeerd aan de TU in Eindhoven, technologie is voor mij een tweede taal geworden.â€
“Voor mij is de relatie tot de mens belangrijk. Hoe worden innovatieprocessen ingezet om de wereld mooier te maken? Daarbij kijk ik naar de combinatie van visie en uitwerking. Met welk idee is dit project bedacht en hoe is er nagedacht over hoe dit project te realiseren? Dat maakt de onderwerpen enorm variërend. Je ziet van alles, vooral ook goede intenties.â€
Dat de variatie groot is, is niet vreemd met maar liefst 500 presentaties. Het gaat van Paved in Gold, waarin Tony Sloof laat zien hoe met belangrijke metalen uit afval gewonnen kunnen worden, tot ontwerpers Kiki & Joost die het belang van een lowtech benadering bij ontwerpen benadrukken.
Afgemeten kleding
Liebregts licht daarom graag enkele van zijn favorieten toe, te beginnen met Atalyé Amsterdam die in het Klokgebouw op basis van een 3D-scan ter plekke kleding op maat maakt. “Daarvoor ga je in een cabine staat waar je lichaam wordt gescand. Kies of je je kleding strak of losjes wil en de elementen worden met een laser gesneden en daarna in elkaar gezet.”
“Het mooie hieraan is voor mij dat het een goede vertaalslag is van een 3D-scan naar een product op menselijk vlak. Zij merkten dat het matensystem kan leiden tot problemen met het zelfbeeld. Met technologie kunnen ze een maakbare oplossing aanbieden. Het probleem kan nu aangepakt worden.”
Dutch Design Week wil laten zien wat mogelijk is met technologie, zegt Liebregts. “Atalyé Amsterdam is al een gevestigde start-up. Wij hopen natuurlijk dat uit hun aanwezigheid waardevolle connecties voortkomen, zodat er uiteindelijk andere diensten uit ontstaan. Want misschien zijn kledingmaten helemaal niet meer de toekomst.”
Ambassadeurs
Hij wijst ook op de verschillende, zogenoemde World Design Embassies. Onder de noemer van Embassy of Health, Embassy of Safety of een van de zes andere onderwerpen wordt een maatschappelijk vraagstuk door ontwerpers een jaarlang uitgediept met onderzoek, lezingen en presentaties, met Dutch Design Week als hoogtepunt . “Het zit in het verlengde van Dutch Design Week; een groep mensen die samen tot een programma komen. Sommige zijn speculatief, andere heel concreet.”
“De Embassy of Safety gaat bijvoorbeeld voor een deel over hoe wij als mensen kijken naar politie. Daarbij is een project ontwikkeld waarin we worden geconfronteerd met hoe snel we conclusies trekken op basis van uiterlijk”, geeft Liebregts als voorbeeld. “De Embassy of Food is dit jaar juist heel speculatief en verkent de supermarkt van 2050. Wat als de supermarkt een plek is waar je naartoe gaat om een immuniteitsboost te krijgen?”
“De World Design Embassies zijn heel inspirerend en kunnen optimistisch zijn. Je ziet een ontzettend variëteit aan designkracht. Het zal inspirerend en bevragend werken, en ik denk ook dat het hoopvol is dat er vele mensen bezig zijn met thema’s en projecten die ons allemaal raken.” Nog een voorbeeld dan; “Vorig jaar stond er op het Ketelhuisplein de Embassy of Circular & Biobased Building. Nu staat daar een huis dat daarop is geïnspireerd en waarin verschillende partijen onder wie TNO verder zijn gegaan.”
Een vermelding verdient ook Robots that Build. De tentoonstelling onderzoekt of robots ook kunnen worden ingezet om traditioneel vakmanschap en productietechnieken te vertalen en te bevorderen. Een ambacht is kennis die gebaseerd is directe ervaring en langdurige oefening, een gevoel voor het materiaal en het maakproces. Hier onderzoeken onder meer de universiteiten uit Eindhoven en Delft wat de grenzen zijn aan fabricage door middel van robotica.
Huis van restmateriaal
Als laatste wijst Liebregts op Roomy, een modulair prefab huis dat is ontwikkeld door de Rotterdamse start-up Fix. “Hier ben ik fan van”, zegt Liebregts enthousiast. “Er is een trend gaande in de bouw om met hout te bouwen. Daarvoor wordt technologie ontwikkeld, waaronder CLT (Cross Laminated Timber) ofwel kruislaaghout. Dit zijn kruislings verlijmde vuren lamellen die kunnen dienen als vloer- of wandelementen.”
“De productie van CLT levert veel restmateriaal op dat in principe restafval is. Roomy maakt daar weer gebruik van door van materiaal modulaire woningen te maken. Zo lossen ze ook weer een probleem op.”
“Wat ik ook mooi vind is dat achter Fix broer en zus Alain en Chantal Fouraux zitten. Hij is een architect, zij een ontwerper die veel met duurzaamheid en circulariteit heeft gedaan. Zij vonden dat dingen nog duurzamer kunnen. Dat vind ik heel inspirerend; de spirit van er is een probleem en dat lossen we op. Het is op een andere manier kijken naar hoe de wereld in elkaar steekt.”
Bezoek plannen
Het zijn maar vier highlights die Liebregts noemt, en daarbuiten is nog heel veel meer te zien en bewonderen. Hoe vind je in het enorme aanbod de juiste onderwerpen? “Er zijn verschillende manieren om dat aan te pakken. Op de website van Dutch Design Week kun je filteren op thema’s en zie je verschillende projecten naar boven komen. Er zijn routes die je online kunt vinden en daarna wandelen. Of begin op Strijp-S, koop een kaartje, neem een fysieke plattegrond mee en je loopt vanzelf tegen dingen aan. En anders zijn er nog veel vrijwilligers die je kunnen helpen.”
“Ik hoop dat je er met een verbrede blik eruit komt; dat je bijvoorbeeld op zoek gaat naar een net andere manier van aanpakken dan waarmee je bezig bent. Ik hoop ook dat bezoekers de kracht van multidisciplinair samenwerken zien. Wat je bijvoorbeeld veel tijdens Dutch Design Week zult zien is dat de doelgroep wordt betrokken bij een ontwerpproces. Op die manier naar een uitdaging kijken, ik denk dat je dat meeneemt.”