Datacenters zijn allang geen stille dozen meer aan de rand van een industrieterrein. Ze zijn uitgegroeid tot het kloppend hart van de digitale economie en vooral van artificiële intelligentie. Met de overname van het Amerikaanse energiebedrijf Intersect Power zet Alphabet een opmerkelijke en strategische stap: het techconcern koopt niet alleen elektriciteit in, maar haalt de productie en ontwikkeling van die energie naar zich toe.
Alphabet betaalt ongeveer 4,75 miljard dollar voor Intersect Power. Het is een van de grootste overnames van het bedrijf in jaren en moet in de eerste helft van 2026 worden afgerond, onder voorbehoud van goedkeuring door toezichthouders. Intersect blijft voorlopig als zelfstandige entiteit opereren, maar komt wel volledig under de paraplu van Alphabet.
Van zoekopdrachten naar stroomzekerheid
De reden achter de deal is helder. De explosieve groei van AI-toepassingen zorgt voor een ongekende vraag naar rekenkracht en dus naar elektriciteit. Datacenters draaien dag en nacht, niet alleen om data te verwerken maar ook om servers te koelen. De klassieke aanpak, waarbij techbedrijven stroom inkopen via langlopende contracten, begint te wringen. Vooral in de Verenigde Staten kampen regionale netten met achterstallig onderhoud en capaciteitsproblemen.
Door Intersect Power over te nemen kan Alphabet energiecentrales en datacenters parallel ontwikkelen. Dat voorkomt vertraging door netaansluitingen en geeft Google meer directe controle over waar, wanneer en hoe stroom wordt opgewekt. Het gaat daarbij vooral om grootschalige zonne- en windparken, vaak gecombineerd met batterijopslag, die direct naast of in de buurt van datacenters worden gebouwd.
Google werkte al langer samen met Intersect en had eerder een minderheidsbelang genomen. De volledige overname is echter uitzonderlijk in de sector. Concurrenten als Amazon en Microsoft kiezen voor een andere route en sluiten megacontracten met energiebedrijven, zonder de ontwikkelaars zelf te kopen.
Datacenters als energieslurpers
De cijfers maken duidelijk waarom Alphabet deze stap zet. In 2024 verbruikten Googles datacenters wereldwijd meer dan 30 miljoen megawattuur elektriciteit. Dat is ruim twee keer zoveel als vier jaar eerder en vergelijkbaar met het jaarlijkse stroomverbruik van een middelgroot Europees land. Ook in Nederland groeit de impact. Volgens Centraal Bureau voor de Statistiek waren datacenters in 2023 goed voor ongeveer 4,6 procent van het totale elektriciteitsverbruik, vergelijkbaar met zo’n twee miljoen huishoudens.
Die groei zet klimaatdoelstellingen onder druk. Alphabet rapporteerde dat zijn totale CO2-uitstoot in vijf jaar tijd met bijna 50 procent is gestegen, vooral door de uitbreiding van datacenters. Dat wringt met de duurzame ambities van het bedrijf, dat zich profileert als koploper op het gebied van schone energie.

Google heeft zich ten doel gesteld om in 2030 wereldwijd elk uur van de dag te draaien op koolstofvrije energie. In de praktijk blijkt dat lastig. Gemiddeld is momenteel ongeveer twee derde van het datacenterverbruik per uur gedekt door schone bronnen, met grote regionale verschillen. In sommige gebieden is overvloedige zonne- of windenergie beschikbaar, terwijl elders fossiele centrales nog domineren.
Een bredere trend in de AI-race
De overname van Intersect Power staat niet op zichzelf. De wereldwijde AI-race heeft het afgelopen jaar geleid tot een golf van investeringen en fusies in zowel de datacentersector als de energiesector. Bedrijven willen niet alleen snellere chips en slimmere algoritmes, maar ook zekerheid over de energie die nodig is om die technologie draaiende te houden.
Volgens ramingen van het Internationaal Energieagentschap kan het elektriciteitsverbruik van datacenters in de Verenigde Staten richting 2030 verdrievoudigen. In het meest extreme scenario zouden datacenters dan tot tien procent van het nationale stroomverbruik opslokken. Zonder aanvullend beleid dreigt dat zowel netten als klimaatdoelen verder onder druk te zetten.
Tegelijkertijd zien beleidsmakers en bedrijven AI ook als een mogelijke oplossing. Slimmere software kan helpen om energie efficiënter te gebruiken, netten beter te balanceren en emissies in andere sectoren te verlagen. Die belofte maakt de discussie complexer dan een simpele optelsom van meer servers en meer stroom.
Energie als strategisch bezit
Met Intersect Power haalt Alphabet niet alleen projecten en grondposities in huis, maar ook kennis en personeel dat gespecialiseerd is in het ontwikkelen van energie-infrastructuur voor energie-intensieve sectoren. Dat past bij een bredere verschuiving waarbij energie steeds meer wordt gezien als een strategisch bezit, vergelijkbaar met chips of datacenters zelf.
Voor Google betekent dit dat de grens tussen techbedrijf en energieontwikkelaar vervaagt. Het bedrijf kan sneller inspelen op regionale verschillen, nieuwe datacenters plannen op plekken waar duurzame opwek mogelijk is en experimenteren met combinaties van zonne-energie, wind en opslag. Tegelijkertijd vergroot het de verantwoordelijkheid van Alphabet voor de daadwerkelijke impact van zijn energiegebruik.
De deal laat zien hoe belangrijk elektriciteit is geworden voor digitale innovatie. Wie de controle heeft over stroom, heeft indirect ook de controle over de snelheid waarmee AI, cloud en andere datagedreven technologieën zich kunnen ontwikkelen. In die zin is de overname van Intersect Power minder een uitstapje naar een andere sector dan een logische volgende stap in de evolutie van big tech.





