Indra Waardenburg
Acht Nederlandse kennisinstituten gaan samenwerken op het gebied van klimaatonderzoek. Op donderdag 18 augustus lanceerden zij het samenwerkingsverband ICOS-nl (Integrated Carbon Observing System) bij de meetmast van het KNMI in Cabauw.
Het samenwerkingsverband bestaat uit de Vrije Universiteit, ECN, KNMI, SRON, Alterra, Rijksuniversiteit Groningen, Universiteit Utrecht en Wageningen Universiteit. Zij vertegenwoordigen Nederland in het grotere Europese ICOS project, waarbij zeventien landen betrokken zijn. Dit project zet een meetinfrastructuur op voor onderzoek naar de broeikasgasbalans, waarbij consistente metingen betrouwbare informatie moeten verschaffen over de hoeveelheid broeikasgas in de atmosfeer en de oorzaak hiervan. ‘ICOS-nl zorgt voor de Nederlandse inbreng. Met de hoge netwerkdichtheid van zeven stations leveren wij een grote bijdrage aan het project’, zegt ECN-onderzoeker Alex Vermeulen van de unit Biomassa, Kolen & Milieuonderzoek.
Het Europese project startte in 2007, maar tot nog toe was er in Nederland geen geld beschikbaar. ‘Het ministerie van onderwijs, cultuur en wetenschap heeft nu tachtig miljoen euro beschikbaar gesteld voor verschillende onderzoeksinfrastructuren. Aan het NWO de taak om dit geld te verstrekken’, vertelt Han Dolman, hoogleraar Ecohydrology aan de Vrije Universiteit en coördinator van het Nederlandse project.
Als NWO ICOS-nl in de komende ronde selecteert is het mogelijk om meer betrouwbare meetapparatuur aan te schaffen, zoals de Cavity Ring Down Spectroscopy. Deze optische spectroscoop maakt gebruik van een laserstraal waarbij de uitdoving als gevolg van absorptie wordt gemeten. Het apparaat kan verschillende gassen en isotopen waarnemen en geeft de data weer op een monitor. Vermeulen: ‘In ICOS-nl willen we ook kijken naar andere innovatieve meettechnieken.’