Mark van der Heijden
De Nederlandse turbinebouwer Lagerwey heeft een grotere uitvoering van zijn Climbing Crane ontwikkeld. De kraan, die zich vastklemt aan en omhoog klimt langs de te bouwen windturbine, heeft een bereik van 27 meter en kan maximaal 140 ton naar boven hijsen.
Het bouwen van een windturbine met een crawler crane heeft in de ogen van Lagerwey, onderdeel van turbinebouwer Enercon GmbH, nadelen. De opbouw duurt te lang, er zijn zo’n honderd vrachtwagens nodig om de kraan te vervoeren en bij al weinig wind moet de kraan stilgelegd worden. ‘Rond 2014 zijn we daarom gaan nadenken over een concept om de installatie on site efficiënter te doen”, vertelt Cees van Rekum, manager R&D bij Lagerwey. ‘We zochten naar een oplossing om van de crawler cranes af te komen. Daarbij zijn we langs allerlei concepten gegaan, waarbij de mast van de turbine altijd de pilaar voor de kraan is geweest.’
In 2017 was het eerste ontwerp, de LCC60, gereed; een kraan met één lier die 60 ton omhoog kan tillen. Met zes hydraulisch uitschuifbare armen tussen de kraan en de mast van de turbine kon de kraan zich omhoog trekken. Voor transport zijn maar drie vrachtwagens nodig en de bouw is in een dag gereed. De kraan kan tot windsnelheden boven 10 m/s (windkracht 6) worden gebruikt.
Nu is er de LCC140, die op 6 meter tot 140 ton kan hijsen, bij een maximale vlucht van 27m tot 32 ton. ‘De grootste drijfveer voor verbetering van de LCC60 was een groter hijsgewicht: we wilden meer capaciteit in vlucht en gewicht. Het spel daarin is dat om dat te kunnen handelen als kraan, deze meer massa moet hebben. Dat is weer nadelig in het samenspel tussen de mast en de kraan. De krachten op de mast mogen niet te hoog worden.’
De oplossing daarvoor zijn twee stabilisatiearmen die zich als een kind bij zijn moeder half om de mast klemmen. Verder bevestigt de LCC140 zich met twee zogenoemde sledges aan de in de mast gemaakte kraanpunten. Bij het klimmen, schuift de onderste sledge naar een hoger kraanpunt. De bovenste sledge laat de mast los, waarna de kraan zich omhoog duwt. Ook de bovenste sledge ankert zich opnieuw vast aan een kraanpunt. De kraan is nu weer klaar voor gebruik.
De kraan is groter, heeft daarom ook 11 vrachtwagens nodig voor transport, maar heeft ook een andere slimmigheid. Aan het einde van de giek hangt behalve een lier ook een Blade-beam. Deze speciaal ontwikkelde extra giek zit in het midden aan de kraan bevestigt en heeft aan beide einden een extra lier. Hierdoor kunnen bladen omhoog worden gehijst, ook bij windkracht 6, zonder gebruik te hoeven maken van stuurlijnen. Het is Lagerwey gelukt om twee bladen op een dag te monteren.
De Climbing Crane kan alleen op de door Lagerwey ontwikkelde windturbines gebruikt worden, omdat de kraan alleen kan klimmen met de speciale ankerpunten. ‘We gebruiken de Climbing Crane als onze usp, om de businesscase voor eigen projecten gunstiger te maken. Op dit moment zijn de kosten er KwH leidend voor alle projecten, de beste prijs voor de grootste vermogens.’
