Nieuws
0

Meer technisch personeel, een project van lange adem

3ee0bcf26bc78515fb92d73a3324e8ab7f197356

Mark van der Heijden

Het enorme tekort aan gekwalificeerd personeel voor technische bedrijven heeft meer gevolgen dan dat u langer op de reparatie van uw cv-ketel moet wachten. Ook grote, landelijke projecten lopen door een tekort aan technische vakmensen vertraging op. Hoe is deze ontwikkeling om te keren?

Dit voorjaar had Doekle Terpstra, voorzitter van ondernemersorganisatie Techniek Nederland, een probleem met zijn zonnepanelen. ‘In februari heb ik gebeld maar pas in juni was ik aan de beurt. Dat was geen onwil bij de installateur, maar onmacht. Daar zullen we in Nederland mee moeten leren omgaan.’

Lastiger vindt hij het dat bijvoorbeeld meer dan 3000 commerciële projecten met zonnepanelen niet door kunnen gaan, zoals in november bleek uit het tv-programma Pointer van KRO-NCRV. De netbeheerders hebben niet de werknemers om snel genoeg de netcapaciteit uit te breiden die nodig is om de zonnepanelen te kunnen plaatsen. ‘Op het moment dat het stokt in de keten, en dat is hier het geval, heb je een veel groter probleem. Dit is een illustratie van het feit dat ook het systeem kan vastlopen.’ 

Het tekort aan personeel is niet iets wat typisch is voor de technische sector. Het aantal openstaande vacatures is enorm: 74,6 duizend vacatures in de handel, 58 duizend vacatures in zakelijke dienstverlening, 51,6 duizend vacatures in de zorg, meldt het CBS.

Het totaal aantal vacatures is in een jaar met 66% gegroeid van 200 duizend zomer vorig jaar naar 333 duizend aan het einde van juni dit jaar. Daardoor waren er in het derde kwartaal van 2021 flink meer vacatures dan werklozen, 126 tegen 100. Met andere woorden voor elke vijf banen zijn maar vier beschikbare mensen – als ze al de juiste kwalificaties hebben.

De situatie is in de techniek nog penibeler, zeker in de installatiebranche die Terpstra vertegenwoordigt. ‘Er is geen enkele installateur die geen vacatures heeft. Het is een vraagstuk over de hele sector heen. In elke regio, en van cv-installateur tot de bouwers van windparken op zee. Op dit moment zijn er 20.000 tot 40.000 vacatures en dat kan oplopen tot 60.000 vacatures. Het is een gigantisch probleem.’

Het is niet alleen de kwantiteit, benadrukt Terpstra. ‘Er is ook een kwalitatieve uitdaging. De sector zelf is aan het veranderen. We zijn de enabler voor grote maatschappelijke thema’s, of het nu gaat om de groene agenda of verkeer. Dit vraagt om andere skills dan we nu hebben. Ik denk dat de uitdaging in geen andere sector zo groot is.’

En alsof dat niet erg genoeg is, zijn de problemen ook nog eens vergroot na de coronacrisis, zegt Ferdinand van Kampen, bestuurslid bij Koninklijk Instituut Van Ingenieurs (KIVI) en hoofdBusiness Developmentbij de Zuid-Limburgse MBO-instelling VISTA college. ‘De coronacrisis beperkte niet de productiecapaciteit – de meeste bedrijven konden gewoon door produceren. Het heeft wel scherper gemaakt dat we afhankelijk zijn van import uit het buitenland. De economie stagneerde en om een inhaalslag te maken moet de productie nog sneller stijgen. Dat vergroot het probleem.’

Ook Van Kampen ziet dat het tekort aan personeel gevolgen heeft, van de loodgieter die een lekkage niet direct kan repareren tot bouwbedrijven die het benodigde aantal huizen niet gebouwd krijgt. ‘De politiek mag zich meer gaan realiseren hoe afhankelijk onze maatschappij en economie is van de maakindustrie. We hebben rijkdom in Nederland omdat we exporteren, bijvoorbeeld landbouwproducten. Dat kunnen we omdat we mechanisatie hebben en daar heb je de kennisindustrie voor nodig.’

KIVI en ook Techniek Nederland zijn daarom in gesprek met de overheid. ‘Mijn beeld is dat langzamerhand begint door te dringen dat er een causaal verband is tussen het een en het ander’, zegt Terpstra, verwijzend naar het tekort aan het personeel en het vele werk dat blijft liggen.

‘Begin november heeft de Kamer in een kamerbreed gesteunde motie van het CDA opgeroepen tot een actieplan voor de techniek, zodat de klimaatambities gerealiseerd kunnen worden. Het geeft aan dat de politiek dit serieus neemt. Ik kan me dan ook niet voorstellen dat er in het nieuwe regeerakkoord geen ruimte is voor dit onderwerp’, vervolgt hij.

Wat vooral fout is gegaan, is het onderwijs, stelt Van Kampen. ‘Heel plat: het basis en voortgezet onderwijs wordt gedaan door mensen die weinig affiniteit hebben met techniek. Dat maakt dat techniek op een achterstand staat ten opzichte van andere beroepen waarmee kinderen veel meer geconfronteerd worden in het dagelijks leven. Ook heeft techniek qua imago een achterstand. Met name MBO wordt vaak als minderwaardig gezien. Kantoorwerk heeft een veel hogere status.’

Publiek-private samenwerking is volgens hem cruciaal. ‘Daarom ben ik in 2018 in het onderwijs gestapt, om het te verbinden met het bedrijfsleven. Een goed voorbeeld daarvan is CHILL, een samenwerking van VISTA college, Zuyd Hogeschool en de Universiteit Maastricht met de chemiebedrijven op industriecomplex Chemelot. Zij innoveren samen en leiden mensen op voor de nieuwste technieken. Daar zie je mooie resultaten.’

Van Kampen: ‘De samenwerking is cruciaal om mensen enerzijds te enthousiasmeren voor techniek. Anderzijds kan een leven lang ontwikkelen, wat in de techniek dominant is, beter vormgegeven worden. Ik pleit ervoor die samenwerking landelijk intensief op te zoeken. Wel moet dit worden ingevuld met bedrijven in de regio.’

Terpstra wil bij de jongsten al techniek onder de aandacht brengen. ‘Ik denk dat het ontzettend belangrijk is techniek te introduceren in het basisonderwijs, waarbij kinderen snel nieuwsgierig worden gemaakt voor techniek. Ik zie techniek als sector voor de toekomst.’

Hij benadrukt dat de technieksector zich niet alleen richt op jong technisch talent, maar ook op zij-instromers. De laatste doelgroep is voor de sector van levensbelang. Daarnaast worden statushouders versneld opgeleid voor een carrière in de techniek. ‘Dat kan op korte termijn een mini-bijdrage leveren. Maar daarmee hebben we de wedstrijd nog niet gewonnen’, besluit Terpstra. ‘Wat er de afgelopen 20 jaar fout is gegaan, moeten we repareren, maar ook dat is een project van de lange adem.’

 

Meer relevante berichten

Nieuwsbrief
Relevante berichten