Peter Baeten
- Diversiteit belangrijk
- Feiten én gevoel
Natascha Schuttinga werd in 2014 winnares van de rolmodellen-wedstrijd Women in Technology 2015. Voor de editie van dit jaar zit Schuttinga, Wagenings ingenieur Environmental Technology, in de jury die haar opvolgster kiest.
Is het niet een beetje tricky, zo’n uitverkiezing voor vrouwen waarbij ook zaken als ‘representativiteit’ meetellen in de beoordeling? Dat zou immers gemengde reacties kunnen uitlokken. ‘Eigenlijk niet’, zegt Schuttinga. ‘Ik heb eigenlijk alleen maar positieve reacties gehad op mijn uitverkiezing. En dat was heel breed, van klanten in mijn werk als consultant bij Tebodin tot mijn collega’s en mensen van buiten.’
Haar visie op het onderwerp ‘vrouwen in de techniek’ is sinds de verkiezing niet wezenlijk veranderd, zegt ze. ‘Ik vind het nog steeds heel belangrijk om vrouwen en meisjes te stimuleren om in de techniek te gaan werken. En als ik daar een soort rolmodel bij kan zijn, vind ik dat prima. Trouwens, diversiteit is in het algemeen heel belangrijk. Als was het maar om in een organisatie tot een meer afgewogen besluitvorming te komen. Dat geldt dus niet alleen voor de verdeling tussen mannen en vrouwen op de werkvloer, maar ook om de aanwezigheid van personen met een andere cultuur of achtergrond.’
De laatste tijd lijkt er wel degelijk een (langzame) kentering gaande in de positie van vrouwen in de techniek en ook bij de (vrouwelijke) studentenaantallen, bijvoorbeeld aan de drie tu’s. Schuttinga ziet deze ontwikkeling ook en juicht deze uiteraard toe. ‘En toch zijn we er op dit vlak nog niet, hoor. Het gebeurt me soms dat ik toch ook verrast ben als ik in technische bedrijven op bepaalde posities een vrouw tegenkom. Dat zou natuurlijk niet zo moeten zijn.’
Vorig jaar bij haar uitverkiezing zei ze: ‘Ik vind dat je moet kunnen zijn wie je bent.’ Die stelling onderschrijft ze nog steeds. ‘Je moet als vrouw in een mannenwereld niet bang zijn je als vrouw te gedragen en te kleden. Als rolmodel van Dosign hoop ik jonge meiden ervan te overtuigen om een studie en baan in de techniek te kiezen.’
Ze denkt dat ze als vrouw in een mannenwereld soms net wat anders tegen bedrijfsprocessen aankijkt. ‘Het is dus niet zo dat vrouwen het per se beter doen, maar vaak wel net anders. In mijn werk als consultant merk ik dat soms bij groepen engineers. De engineers, nog relatief vaak mannen, keken eigenlijk vaak alleen maar naar de feiten in een zaak. Op zich wel verklaarbaar, maar gevoelsmatige afwegingen zijn nu eenmaal óók relevant. Daar wijs ik dan op.’
Schuttinga was na haar afstuderen actief bij Tebodin als Consultant Environmental Management, maar sinds enkele weken werkt ze voor de Nederlandse vestiging (in Den Haag) van het Amerikaanse bedrijf AECOM, een grote speler op het gebied van bouw- en infrastructuurontwikkeling. ‘Mijn uitverkiezing bij Women in Technology zal zeker niet in mijn nadeel hebben gewerkt. Bij AECOM kan ik mij zelf nog verder verbreden doordat ik me naast consultancy nu ook meer kan richten op business development.’