Mischa Brendel
Radioastronomisch instituut ASTRON en Nikhef, het nationaal instituut voor subatomaire fysica, gaan een samenwerking aan om efficiënter grote hoeveelheden data te kunnen verwerken.
Met de toekomstige ingebruikname van radiotelescoop SKA, krijgen ASTRON en aangesloten partners per dag meer dan drie keer meer data voorgeschoteld dan het mondiale internetverkeer oplevert. Om al die data te kunnen verwerken, maakt ASTRON gebruik van zogenoemde Field Programmable Gate Array (FPGA) chips. Deze geïntegreerde schakelingen kunnen diverse taken parallel uitvoeren en gebruiken minder energie dan normale computerprocessors. Ook zijn ze flexibel in ontwerp. Deze voordelen brengen echter wel een groot nadeel met zich mee: FPGA-chips zijn moeilijk te ontwerpen. Om dat enigszins te ondervangen, worden de programmeercodes – ook wel bekend als gateware – geleverd in gemakkelijk te hergebruiken ontwerppakketten, die ook wel bekend staan als IP (intellectual property) cores. ‘Tegenwoordig is het programmeren van deze kernen een heel ingewikkelde taak en alleen gespecialiseerde elektrotechnici zijn hiertoe in staat’, aldus Daniel van der Schuur, digitaal ontwerpingenieur bij ASTRON.
En daar komt Oliscience om de hoek kijken. De startup is eigenaar van OpenCores, een platform waarop de ontwerpen van cores voor gateware gedeeld worden. Dit om te voorkomen dat verschillende partijen dezelfde cores ontwikkelen en om elkaar te helpen bij de ontwikkeling van cores, zodat iedereen hier baat bij heeft, legt Van der Schuur uit.
Oliscience werd in september 2017 opgericht door Andrea Borga, digitaal ontwerper bij de elektrotechniekafdeling van Nikhef. Nikhef was de eerste partij die een samenwerking aanging met Oliscience, ASTRON is de tweede. De twee partijen trekken nu samen op om te werken aan het ontwerp van FPGA-chips. Van der Schuur: ‘We werken elk aan het andere uiterste van de fysica, maar we gebruiken dezelfde technologie. Deze samenwerking stelt ons in staat om ideeën te delen en om FPGA-ontwerpen te hergebruiken, wat ons zal helpen om instrumenten voor de wetenschap sneller te ontwikkelen.’