Mischa Brendel
Op 6 oktober gaf Karla Peijs, commissaris van de koningin in Zeeland, het officiële startsein voor de bouw van de Sluiskiltunnel in Terneuzen. De tunnel moet een oplossing vormen voor het knelpunt dat de brug bij Sluiskil over het Kanaal Gent-Terneuzen vormt. Deze staat gemiddeld 23 keer per dag open voor de scheepvaart, waarmee de brug meer dan vijf uur per dag niet is te gebruiken door het wegverkeer.
De Sluiskiltunnel wordt een geboorde tunnel met twee buizen van elk 1.150 meter lang. De diameter van de tunnel is circa tien meter en op het diepste punt ligt de tunnel 33 meter onder NAP. Het project omvat ook de aanleg van vijf kilometer nieuwe hoofdrijbaan met twee ongelijkvloerse kruisingen. De tunnel zal ten zuiden van de brug komen te liggen en verbindt twee losse trajectgedeelten van de N62 met elkaar.
Om bestuurders niet meteen een gesloten en donkere ruimte in te laten rijden, krijgt de Sluiskiltunnel een luchtige vormgeving en lichte architectuur. Zo wordt de binnenkant van de tunnel afgewerkt met lichte panelen en uitgebreide verlichting.
Aan beide zijden van de tunnel komt een kanteldijk (een dijk rondom de tunnelmond). Deze moet voorkomen dat in extreme situaties, zoals het lek raken van de tunnel, grotere delen van het achterland onderlopen. Het boren van de tunnel start in 2013. De tunnelboormachine die hiervoor dienst zal doen, bestaat uit een boorkop en twee volgwagens met een totale lengte van 63 meter.
De kosten van het project worden geraamd op 208 miljoen euro. Medio 2015 moet de tunnel klaar zijn.
