Rijkert Knoppers
De tweejaarlijkse Bouwbeurs, die deze week in de Jaarbeurs te Utrecht plaatsvond, besteedde – weinig verrassend – veel aandacht aan energiezuinige bouwconcepten.
Zo presenteerde de TU Delft een appartement dat zelfs een energieprestatiecoëfficiënt (EPC) van nul zou hebben.
Â
Afgelopen week presenteerde de TU Delft op de Jaarbeurs voor het eerst 1:1 uitsnedes van energieneutrale prefab appartementen. Dankzij onder meer een goede isolatie, vloerverwarming en -koeling, zonnecollectoren, een vraaggestuurd ventilatiesysteem en een warmtepomp in combinatie met een intelligent stuursysteem, bereikt de woning een EPC van nul. Het gaat nadrukkelijk om een prefabsysteem. ‘De sanitaire cel speelt hierbij een centrale rol’, vertelt ir. Jaap van Kemenade van de faculteit bouwkunde van de TU Delft. ‘De aansluiting op de vloerverwarming, de verticale ontsluiting voor de zonnecollector, alles is geconcentreerd in de natte cel. In de fabriek zijn de benodigde aansluitingen gemaakt, zodat alle installaties snel te koppelen zijn.’ De appartementen zouden oppervlakten van 65 tot 150 m2 kunnen krijgen. Het is de bedoeling dat de oplevering van een eerste blok woningen in 2012 gaat gebeuren.
Â
Het in Rijssen gevestigde Villa Nova Bouw importeert onder de naam Isomax een woning uit Duitsland. Uitgangspunt is hierbij het Passief Bouwen-concept, waarbij dankzij optimale isolatie zo min mogelijk verwarming nodig is. Het gaat in dit geval om een houtskeletbouwconstructie met 25 cm isolatie in de vloer van de begane grond, wat resulteert in een Rc-waarde (warmteweerstand; hoger is beter isolerend) van 8,26 m2K/W. De buitenwanden en de kap hebben 42 cm dik isolatiemateriaal, de Rc-waarde ligt respectievelijk op 10,67 en 9,9 m2K/W. Mede dankzij onder meer een warmtepomp en een warmteterugwininstallatie komt de EPC op hooguit 0,4 te liggen. In Zeist is een eerste woning volgens dit concept in aanbouw.
Â
In Hal 1 van de Jaarbeurs was ruimte gereserveerd voor Material Xperience, een tentoonstelling van een groot scala aan geavanceerde materialen. Met name de bijzondere kanten van een materiaal of product kwamen hierbij aan de orde. Zo was er een Concrete Curtain – een gordijn van beton dus –van het Oostenrijkse bedrijf Memux te zien. De Oostenrijkers vulden een net van flexibele stalen kabels op met ‘betonnen kussentjes’. Het gordijn kan zowel binnen als buiten hangen en kan niet alleen als afscheiding dienst doen, maar ook als warmtebuffer.
Â
Het in Rotterdam gevestigde Bureau voor Akoestische Zaken presenteert een zogeheten Greenwall, die onlangs bekroond is met de Horecava Innovation Award. Het gaat om een brandwerend, waterbestendig en geluiddempend wandpaneel van 120×100 cm, waarop een deken van gerecyclede PET-flessen is gemonteerd. Daar bovenop zit tenslotte rendiermos uit Noorwegen. Het rendiermos zou zonder licht en water kunnen, maar om verdroging tegen te gaan is besproeiing met water van tijd tot tijd noodzakelijk.
Â
De firma Greensand demonstreerde wat mogelijk was met olivijn, een mineraal dat in staat is om koolstofdioxide te binden. Bekende toepassingsmogelijkheden zijn onder meer het gebruik in zand, kiezelstenen of tuinaarde; de fabrikant onderzoekt nu de mogelijkheid om olivijn ook te gebruiken in dakbedekking of straattegels. De ontwikkeling van dakbedekking met olivijn is vergevorderd, waarschijnlijk zal dit product in november op de markt komen.
