René Didde
Een bizar beeld in mei en juni: bootjes sproeien boezemwater op veendijken. Het crisismanagement van de Landelijke Coördinatiecommissie Waterverdeling (LCW), een onder Rijkswaterstaat ressorterende dienst, heeft in samenwerking met waterschappen en provincies gewerkt tegen de meest schadelijke effecten van de extreme droogte van dit voorjaar. Daarbij ging het om het voorkomen dat de veendijken verdroogden en met zogeheten kleinschalige wateraanvoervoorzieningen (kwa) vers zoet water uit het Amsterdam-Rijnkanaal en de Lek aanvoeren naar de Hollandsche IJssel om de verzilting bij Gouda een halt toe te roepen.
Dat maatregelen werken, zo bleek uit een presentatie van Herbert Berger, lid van de LCW. Ook de dertig centimeter water die op het IJsselmeer is gezet, droeg zijn steentje bij tegen de oprukkende zouttong. Dat zout is schadelijk voor de vele Greenports (tuinbouwclusters), waaronder de kapitaalintensieve sierteelt in Boskoop.
Door de geringe aanvoer van de Rijn – met een debiet van slechts negenhonderd kubieke meter per seconde eind mei – kroop de zouttong uit de Noordzee gestaag de Nieuwe Waterweg op, en verder. ‘Eind mei lag het zout met concentraties tot drieduizend milligram chloride per liter op de Hollandsche IJssel voor de deur bij Gouda. Deze zoutconcentraties zijn nu gedaald’, aldus Berger. De kleinschalige wateraanvoervoorzieningen zijn daarom begin juli beëindigd. Het hoge peil in het IJsselmeer blijft gehandhaafd.
Berger hield eind juni een voordracht op een door de afdeling Landgebruik en Watermanagement van Kivi Niria georganiseerde bijeenkomst over het extreem droge voorjaar van 2011. Dat de crisismaatregelen werkten, is goed nieuws. Verder is de LCW opmerkelijk zorgelijk over de droogte tijdens het verdere verloop van de zomer. De pittige onweersbuien hebben gedurende de maand juni weliswaar enige verlichting geboden. De grondwaterstand steeg enigszins en door de regenval in het zuidelijk deel van het stroomgebied van de Rijn, steeg de aanvoer bij Lobith tot 1100 m³/s eind juni en tot 1600 m³/s in de eerste week van juli, maar deze is nu weer aan het zakken. Een paar droge dagen, en de basisafvoer daalt drastisch, aldus LCW. Normaal stroomt begin juli 2200 m³/s door de Rijn.
‘Het neerslagtekort (neerslag minus verdamping) blijft met 138 mm hoog. Deze waarde komt slechts eens in de twintig jaar voor. De grondwatervoorraad is laag en vooral maken we ons zorgen over de basisaanvoer van de Rijn’, aldus Berger. ‘Vooral de sneeuwvoorraad in Zwitserland is alarmerend. Het waterpeil in de meren is het op het laagste niveau sinds decennia.’ Maatgevend voor de Rijn is vooral het peil in de Bodensee, dat ongeveer zestig centimeter onder het langjarig gemiddelde ligt en slechts enkele centimeters boven het laagste peil ooit gemeten.
Prof. ir. Eelco van Beek, droogte-expert van Deltares en hoogleraar watermanagement aan de Universiteit Twente, deelt de zorgen van Rijkswaterstaat. ‘Droogte is een gluiperig fenomeen’, zei hij op de Kivi Niria-bijeenkomst. ‘Het komt langzaam, geeft geen waarschuwingen vooraf, houdt veelal langdurig aan, heeft cumulatieve effecten en is lastig te bestrijden’, aldus Van Beek. Daar komt bij dat droogte, anders dan overstromingen, nauwelijks prioriteit heeft in het Europese waterbeleid. ‘Er staat amper iets over in de Kaderrichtlijn Water, terwijl de droogte in met name de Mediterrane landen steeds vaker voorkomt en grote impact heeft.’
Toch wijst Van Beek ook op de fnuikende gevolgen voor Nederland, zeker als de klimaatverandering doorzet, waardoor als gevolg van temperatuursstijging het neerslagtekort en de frequentie van droge voorjaren zal toenemen. Vooral de verzilting in het Westen van het land door oprukkende zouttongen in de Nieuwe Waterweg en Noordzeekanaal is bedreigend voor de landbouw en de natuur, en in mindere mate de scheepvaart.
Van Beek ziet echter ook kansen. ‘De droogte is een prikkel om de verdeling van zoetwater goed op orde te brengen. Want droge jaren zijn veelal jaren met hoge landbouwprijzen omdat de droogte-effecten in heel Europa spelen. Investeren in droogtemaatregelen is dus goed voor de Nederlandse landbouw.’