Nieuws
0

Energietransitie in Amsterdam

16c892c9a6907632d1cab332184fdc9f3fceb22d

Armand van Wijck

Onze hoofdstad staat aan de vooravond van een grote energietransitie. In 2040 wil Amsterdam aardgasvrij zijn en draaien op een duurzaam elektriciteitsnet. Grote ambities die vragen om complexe plannen, uitgebreid onderzoek en vele werkzaamheden waarvoor extra technici hoognodig zijn. ‘Iedereen voelt dat we tempo moeten maken.’

Het Ingenieursbureau van de gemeente Amsterdam ontfermt zich over de uitvoering van de energietransitie. Een team van zo’n tien man verdiept zich in alle plannen en het onderzoek. Hieronder ook Mimi Eelman, Kwartiermaker Energietransitie en Frans de Heij, Adviseur Energietransitie. Samen lichten zij toe wat deze enorme transformatie betekent voor de stad en voor de inzet van het Ingenieursbureau.

Hoe staat het er momenteel voor?

Eelman: ‘Qua ambities lopen we voorop in Nederland. Maar qua onderzoek en uitvoer staan we nog aan het begin. Welke keuzes willen we maken? Wat hebben we aan infrastructuur nodig? Hoe kunnen we de bestaande nutsvoorzieningen in de stad hiervoor inzetten? Hoe zit het met de isolatiewaarden van de woningen? Daarnaast is een nieuwbouwwijk gemakkelijk aardgasvrij te ontwikkelen maar we zitten ook met de bestaande, transformerende, dichtbebouwde stad waar we grote stappen willen zetten. Dit is een hele complexe puzzel die niet voor iedereen zichtbaar is. Het speelt zich vooral af in onze ondergrond.’
De Heij: ‘Naast dat we naar een aardgasvrije stad willen, werken we ook toe naar een steeds duurzamer elektriciteitsnet met het opwekken van wind- en zonne-energie. Zo moet het openbaar vervoer uitstootvrij worden. Vanaf 2020 bijvoorbeeld rijden de eerste elektrische bussen. Verder komen er in Amsterdam tot 2040 70.000 nieuwbouwwoningen bij. De mate van isolatie van de nieuwbouw en die van de historische binnenstad liggen heel ver uit elkaar. Dat betekent dat we niet voor alles één oplossing kunnen bedenken. Het gaat om maatwerk: het gebied en type gebouw zijn hierin leidend. Op lange termijn willen we alles beter isoleren. Isolatie is wel echt de eerste stap om tot een duurzaam systeem te komen.’

Welke alternatieve warmtebronnen zijn er beschikbaar?

Eelman: ‘Er zijn drie belangrijke bronnen in Amsterdam die we per gebied als uitgangspunt nemen: het bestaande warmtenet, oppervlaktewater zoals van het IJ en restwarmte van de industrie. Amsterdam is een wereldwijde hub voor datacenters. Dat geeft potentie voor het benutten van restwarmte (zie bijvoorbeeld kader ‘Middenmeer Noord’). We onderzoeken de mogelijk te benutten bronnen in een gebied en welke infrastructuur de warmte naar de juiste plek kan brengen, zoals een warmtenet.’

De Heij: ‘Er zijn nog meer bronnen die we onderzoeken, zoals warmte terugwinnen uit het riool en leidingwater. En Amsterdam heeft al veel WKO-systemen (warmte-koude-opslag). Het onderzoeken van de ruimtelijke impact en die op de ondergrond is bij dit onderzoek essentieel. Technisch is er van alles mogelijk maar we werken in een zeer dichtbevolkt gebied dat zowel boven- als ondergronds beperkt de ruimte heeft. We hebben een oude binnenstad en bijvoorbeeld de vele kademuren waar het ingewikkeld is om werk goed voor elkaar te krijgen.’

Waar zitten de grootste uitdagingen?

Eelman: ‘Hoe gaan we het netwerk slimmer maken en laten samengaan met niet alleen het warmtenet, maar ook met het elektriciteitsnet waarbij de hele energiebalans in een gebied zo efficiënt mogelijk is. We praten over een volledig geïntegreerd grid van warmte en elektriciteit. Hoe kan je bijvoorbeeld in een parkeergarage alle auto’s elektrisch laden en het tegelijkertijd laten fungeren als batterij voor het omringende gebied? Die integratie van systemen staat aan de top van wat er nu technisch mogelijk is. De meeste software voor deze systemen draait maar op een schaal van tientallen woningen. Maar Amsterdam heeft beproefde technieken nodig die we voor duizenden woningen kunnen inzetten. We moeten daarom voldoende kennis hebben over wat er in de markt speelt en wat er nodig is om de technologie te versnellen.’
De Heij: ‘Wanneer we bussen elektrisch of misschien zelfs op waterstof laten rijden, moeten we busstations realiseren waar ze kunnen laden. Dat heeft ook weer impact op de infrastructuur. Maar waar het op neer komt is dat we de ideeën die we hebben, moeten laten landen in de stad. Er is onwijs veel mogelijk, maar hoe krijgen we dat allemaal toegepast en gecombineerd? Hier zit dus de uitdaging: het verwerken van alle techniek in de complexe context van de stad waarbij ook ruimtelijke ordening, politiek en juridische besluitvorming een rol spelen.’

Eelman: ‘De ambitie is om in 2040 aardgasvrij te zijn. Iedereen voelt dat we tempo moeten maken om deze deadline te halen. Alle mensen die hier werken moeten de energietransitie in de vingers krijgen: wat moet ik doen in mijn eigen project zodat ik klaar ben voor die omslag?’

Jullie zijn op zoek naar meer personeel?

Eelman: ‘Voor de technische kant zoeken we bijvoorbeeld ingenieurs die goed kunnen rekenen met warmte en elektriciteit en softwarematig de systemen snappen. Daarnaast zijn meer BIM-experts essentieel voor ons. Mensen die bijvoorbeeld kunnen helpen met het in kaart brengen van de ondergrond. Gemeentes werken nog te weinig met BIM terwijl ze er veel voordeel uit kunnen halen. Wij hebben al wat uitgebreide, integrale modellen opgesteld en deze willen we nog meer vullen en uitbreiden om zo de volledige infrastructuur in beeld te krijgen: waar knelt het, waar is er niet genoeg ruimte, wat voor oplossingen komen we tegen? Het zou goed zijn als we naadloos kunnen aansluiten op de modellen van aannemers. Uiteindelijk is de energietransitie een integraal onderdeel van het werk. Het vraagt van alle spelers om gezamenlijk de opgave te bekijken en uit te zoeken hoe het zou kunnen.’

De Heij: ‘We zijn nu op zoek naar mensen die kunnen ondersteunen bij aanbesteding en onze inkoopstrategie. Mensen die innovatieve samenwerkingsvormen opzetten met de markt en overheidspartijen en die marktinnovaties verder stimuleren. Natuurlijk hebben we ook werkvoorbereiders nodig en technici die businesscases kunnen doorrekenen. Maar ook specialisten in het versneld aanleggen en realiseren van infrastructurele oplossingen, zoals het combineren van het warmtenet met drinkwaterleidingen. En omgevingsmanagers die de verschillende belangen weten te wegen en besluitvorming en draagvlak bij stakeholders voor de plannen organiseren. Er is überhaupt heel veel technisch werk in Amsterdam. Het is een gigantische opgave om de stad de toekomst in te leiden.’

 

 

Meer relevante berichten

Nieuwsbrief
Relevante berichten