Nieuws

Enexis bezorgd over haalbaarheid nieuwe RES-ambities

Een windmolenpark op en bij Urk. (Foto: Jian Liu)

De groeiende RES-ambities zorgen voor een grote uitdaging bij netbeheerders. In het verzorgingsgebied van Enexis Netbeheer zijn de huidige doelstellingen bijna 22% hoger dan de plannen die bij de RES 1.0 zijn ingediend. Er is voor 4200 MW aan extra duurzame opwek opgenomen in de nieuwe plannen. Enexis maakt zich zorgen over de haalbaarheid daarvan.

In het Klimaatakkoord hebben de deelnemende organisaties zich ten doel gesteld om in 2030 voor 35 terawattuur (TWh) aan duurzame elektriciteit op land op te wekken. De uitvoering daarvan is belegd in dertig regionale energiestrategieën (RES’en).

De RES-regio’s publiceren iedere twee jaar een update van de plannen over hoe ze de landelijke doelstelling willen bereiken. Vrijwel alle regio’s hebben daarvan hun conceptversies opgeleverd. Enexis heeft daarmee de impact van de plannen op het elektriciteitsnet berekend.

Uit de analyse van Enexis blijkt dat de plannen in Groningen, Drenthe, Overijssel, Noord-Brabant en Limburg optellen tot een jaarlijkse duurzame productie van ruim 28 TWh. Dat is meer dan 80 procent van de landelijke doelstelling van 35 TWh. Bijna de helft van de geplande zon- en windprojecten in Enexis-gebied is al in gebruik of aanleg.

De netbeheerder stelt echter dat het in deze vorm niet haalbaar is om álle plannen voor 2030 te realiseren. De forse opgaven in andere sectoren (mobiliteit, industrie, gebouwde omgeving) zetten het elektriciteitsnet onder druk. Zo steeg het aantal zoninstallaties op kleine daken dit jaar ten opzichte van 2021 met 25 procent; een nieuw record. Het aantal knelpunten op het net neemt hierdoor toe.

Of projecten tijdig kunnen worden aangesloten is afhankelijk van hoe efficiënt het huidige en het toekomstige elektriciteitsnet gebruikt wordt en kan worden uitgebreid. Enexis stelt dat daarvoor doelstellingen in de verschillende sectoren in samenhang moeten worden bekeken om te bepalen waar het net als eerste uitgebreid kan worden. Daarnaast is in de RES 2.0-plannen minder wind en meer zon gepland, terwijl dat voor de haalbaarheid van de plannen andersom moet.

Enexis Netbeheer adviseert daarom om meer werk te maken van grote windclusters. Eén megawatt (MW) windenergie levert tot drie keer meer energie op dan één MW zonne-energie. Bij de windclusters is bovendien ruimte voor nieuwe zon-opwek; wanneer de zon schijnt, waait het doorgaans niet hard – en andersom. De wind- en zonneprojecten kunnen dan vaak gebruikmaken van dezelfde aansluiting (cable pooling). Een duidelijke keuze om netcapaciteit aan wind toe te kennen, leidt sneller tot meer groene opwek, zegt de netbeheerder.

Zonnepanelen op daken zorgen in de huidige opzet vooral voor extra knelpunten op het net, constateert Enexis. “We pleiten daarom voor randvoorwaarden om de pieken op het elektriciteitsnet af te vlakken”, licht Daphne Verreth, directeur Energiesysteem en Transitie bij Enexis toe. “Denk aan de inzet van een batterij in combinatie met een tijdgebonden contract of andere verplichte piekbeperkende maatregelen die ervoor zorgen dat de opwek niet (veel) groter wordt dan de huidige, bestaande vraag naar elektriciteit op dat adres.”

Eerder deze maand publiceerde TenneT een onderzoek naar de energievoorziening. Ook TenneT ziet daarbij een belangrijke rol voor een aanbodgestuurde vraag.

Onderwerp: Energie

Meer relevante berichten

Nieuwsbrief
Relevante berichten