Indra Waardenburg
De wereldwijde omzet bij de Nederlandse advies- en ingenieursbureaus is het afgelopen jaar weer gestegen, maar wel minder in vergelijking met het jaar daarvoor. Dat blijkt uit de cijfers van de TW Top 50 ingenieursbureaus, een inventarisatie die TW jaarlijks uitvoert. De groei vindt met name plaats bij de grotere ingenieursbureaus.
Net als voorgaande jaren staat Arcadis nog altijd bovenaan in de Top 50. Met een wereldwijde omzet van € 3.473 miljoen, noteert zij een stijging van 7 %. Ook Fugro en Royal HaskoningDHV, die samen met Arcadis de top 3 vormen, zien hun omzet stijgen met respectievelijk 5 % en 9 %. De top 10 wordt dit jaar afgesloten door DEMCON. Het ingenieursbureau was vorig jaar de grootste uitschieter met een omzetstijging van 76 % en ook dit jaar ziet het bedrijf zijn wereldwijde omzet stijgen (26 %). Daarnaast noteert het bureau een toename van € 16 miljoen voor de Nederlandse omzet, wat overeenkomt met een omzetstijging van 57 %. Met deze stijgende lijn heeft DEMCON dit jaar de plek van BAM Infraconsult in de top 10 overgenomen.
De wereldwijde omzet van de deelnemende advies- en ingenieursbureaus in de Top 50 is in 2019 minder gestegen in vergelijking met het jaar daarvoor. In 2019 zien we de wereldwijde omzet gemiddeld met 7 % stijgen, terwijl dit in 2018 nog zo’n 13 % was. In tegenstelling tot vorig jaar, waarbij de kleinere bureaus hun omzet het meest zagen stijgen (16 % tegenover 9 %), zijn het dit jaar de 25 grootste bureaus die gemiddeld de grootste omzetstijging noteren ( 9 % tegenover 5 %). De gemiddelde winstmarge is dit jaar weer iets gestegen; van 6 % in 2018 naar 7 % in 2019.
De cijfers van de Top 50 ingenieursbureaus stroken met de conjuctuurpeiling, die branchevereniging Koninklijke NLingenieurs tweejaarlijks uitvoert. ‘De ingenieursbureaus hebben vorig jaar een prima jaar gedraaid, waarbij bedrijven een goedgevulde orderportefeuille hadden. Het blijvende tekort aan goedgeschoold personeel was wel één van de grootste zorgen voor de bedrijven. Daarnaast werden de verwachtingen eind 2019 bijgesteld door de stikstof- en PFAS crisis, maar de effecten voor de ingenieursbedrijven vielen uiteindelijk nog mee. Het verschil in groei tussen grotere en kleinere bedrijven is te verklaren, aangezien kleinere bedrijven sneller reageren op fluctuaties’, vertelt ir. Jacolien Eijer, directeur van Koninklijke NLingenieurs. Voor 2020 waren de vooruitzichten positief, met een grote werkvoorraad in het vizier. De uitbraak van het coronavirus in maart heeft dit vertrouwen echter getemperd. Eijer: ‘De werkvoorraad wordt langzaam minder en dit zal zich doorzetten in 2021. Er breken spannende tijden aan voor onze branche en samen met andere branches pleiten we dan ook voor anticyclische investeringen in de bouw en de verduurzaming hiervan. De gesprekken die momenteel lopen tussen opdrachtgevers en opdrachtnemers zien er hoopvol uit, waardoor de klappen voor onze branche hopelijk beperkt blijven.’
Dit jaar hebben we weer cijfers van Fugro mogen ontvangen, waardoor de top 3 als vanouds is. Daarnaast hebben we vier nieuwkomers in de lijst. Technolution en KCI the engineers kwamen binnen op plaats 18 en 39 met een wereldwijde omzet van respectievelijk € 32 miljoen en € 8,7 miljoen. Goudstikker-de Vries en Nobleo kwamen beide binnen met een omzet van € 7,4 miljoen, waardoor Goudstikker-de Vries op basis van alfabetische volgorde boven Nobleo is geplaatst.
Van de nieuwkomers springt KCI the engineers eruit met een wereldwijde omzetstijging van 38 %. Het ingenieursbureau, dat twee jaar geleden is overgenomen door Royal IHC, was afgelopen jaar betrokken bij de ontwikkeling van het hyperloop baanwisselsysteem (de Switch) voor Hardt Hyperloop. ‘Royal IHC is één van de sponsoren van Hardt Hyperloop en doet dit middels het inzetten van manuren. Ik ben dan ook vorig jaar gevraagd voor het ontwerpen van het staalwerk rondom de Switch’, vertelt Griffin Stuip, sr. structural engineer bij KCI the engineers. Hardt Hyperloop houdt zich bezig met het ontwikkelen van een hyperloopsysteem in Europa, met als eerstvolgende stap het ontwerpen en bouwen van een testbaan op cargo schaal in Groningen onder de naam European Hyperloop Center (EHC). Deze testbaan in Groningen zal bestaan uit een drie kilometer lange vacuümbuis met een werkend wisselsysteem, waarbij de buis zich over een afstand van 132 m moet verbreden en afsplitsen in twee afzonderlijke buizen en na zo’n 500 m weer zal worden samengevoegd tot één enkele buis. Stuip: ‘Vanwege het steeds breder worden van de buis, moesten we zoeken naar de juiste vorm hiervoor. Een ronde buis heeft de ideale vorm om een externe druk te weerstaan. Zodra deze ovaal wordt nemen de spanningen in de buiswand zeer snel toe, waardoor dikkere buiswanden en het plaatsen van verstijvers nodig zou zijn. Uiteindelijk is er een compromis gezocht tussen maakbaarheid, toepasbaarheid van het bestaande ophangsysteem van de rails, het ontwerp van de infrastructuur aan de buitenkant en natuurlijk de prijs. Daaruit is de oval convex als beste vorm gekomen. Dit is een soort ovaal, opgebouwd uit twee zijwanden met constante radius en een conische boven- en onderplaat.’
Ook dit jaar missen wij een aantal spelers die vorig jaar wel in de lijst stonden. Agidens, Inbo, EversPartners Raadgevend Ingenieursbureau, Ingenieursbureau A. Palte en Stantec hebben deze keer geen gegevens aangeleverd. Architectenbureau Inbo uit Woudenberg heeft bovendien aangegeven zich niet meer als ingenieursbureau te willen profileren. Waalpartners civil engineering, Tritium Advies, Verebus Engineering en Theateradvies bv. hebben dit jaar wel meegedaan, maar vallen net buiten de lijst. (zie kader) Verebus Engineering is hierbij de meest opvallende daler, met een wereldwijde omzetdaling van 42 %. Vorig jaar daalde deze omzet ook al met 34 %. Het verschil in omzet komt door het afstoten van de railactiviteiten medio 2018. Deze activiteiten telden toen nog deels mee, maar niet meer in 2019. Ondanks een daling in de omzet noteert Verebus Engineering een winstmarge van 4 %.
Bekijk ook de volledige Top 50 Ingenieursbureaus 2020.