Marit Smeets
De kleine vliegende robot FlyCroTug kan objecten tot veertig keer zijn eigen gewicht tillen; andere vliegende robots komen doorgaans niet verder dan twee keer hun eigen gewicht, omdat ze te weinig stuwkracht produceren.
De onderzoekers van Stanford University (VS) en de École Polytechnique Fédérale (CH) omzeilden deze beperking door de robot uit te rusten met bevestigingsmechanismen. Hierdoor kan de robot zich vastplakken aan oppervlaktes en trekken met krachten die veel groter zijn dan de beschikbare stuwkracht.
Voor gladde oppervlaktes zijn er ‘gekko-grijpers’ beschikbaar: een grote hoeveelheid microhaartjes hecht zich aan het oppervlak en zorgen dat de robot zo blijft plakken. Voor ruwe materialen gebruikt de robot ‘microstekels’, minuscule vishaak-achtige metalen stekels die zich hechten aan putjes in het materiaal.
De robots zijn allemaal uitgerust met een lier en een kabel. Hiermee kunnen ze objecten naar boven hijsen. De locatie van de bevestigingsmechanismen kan per robot verschillen en er kunnen ook wielen aan de robot worden toegevoegd zodat deze zich ook over de grond kan verplaatsen.
De onderzoekers zien mogelijkheden om de robots tijdens zoek en reddingsacties te gebruiken; omdat ze klein zijn en stukken puin kunnen verplaatsen kunnen ze makkelijk een rampgebied verkennen. Om dit te kunnen bereiken, moet er wel een aantal aspecten verbeterd worden. De vliegduur bedraagt nu slechts vijf minuten met een 300 mAh-batterij. Daarnaast zijn de robots nog niet geschikt om taken uit te voeren in onbekende omgevingen, daarvoor moeten verschillende bevestigingsmechanismen in één robot aanwezig zijn. Ook kunnen de robots momenteel alleen bestuurd worden wanneer ze zich in het blikveld van de piloot bevinden.