Mischa Brendel
Komende maandag vindt de uitreiking van de jaarlijkse Maritime Awards in Rotterdam plaats.
Een van de categorieën is Schip van het Jaar 2017, van de Koninklijke Nederlandse Vereniging van Technici op Scheepvaartgebied (KNVTS). De KNVTS kent deze prijs elk jaar toe aan een in Nederland, of een buitenlandse vestiging van een Nederlands bedrijf, ontworpen en (af)gebouwd schip.
Er zijn vier bedrijven genomineerd: Holland Shipyards Group, Damen Schelde Naval Shipbuilding, De Haas Maassluis en Ginton Naval Architects. Die laatste twee bedrijven zijn gezamenlijk genomineerd voor één ontwerp.
Holland Shipyards Group dingt mee met de voetveren (een veerpont voor wandelaars) IJveer 60 en IJveer 61. Deze voetveren, bestemd voor Amsterdam, zijn 6 m langer dan de huidige voetveren en kunnen tot 410 passagiers vervoeren. De vaartuigen hebben een hybride aandrijving en een rookgasbehandelingsinstallatie voor een schonere uitstoot.
Lees verder onder de video
Het geleide-wapenfregat KRI Raden Eddy Martadinata, deels gebouwd door Damen Schelde Naval Shipbuilding en bestemd voor de Indonesische marine, is het tweede genomineerde vaartuig. Bijzonder aan dit schip is het bouwproces: het fregat bestaat uit modules, welke in Indonesië aan elkaar worden gezet.
Lees verder onder de video
De laatste kanshebber is de Seagull-301 van De Haas Maassluis en Ginton Naval Architects (zie foto). De Seagull is een autonoom varend ‘multi mission’ vaartuig. Hoewel het schip bemand en dus direct bestuurd kan worden, is besturing vanaf de wal ook mogelijk. Het schip bevat onder andere twee zogenoemde moonpools, twee grote openingen onderin de romp waardoor apparatuur in het water gelaten kan worden. Volgens de bouwers is de Seagull dan ook breed inzetbaar, onder meer als patrouilleschip en mijnenjager. Het autonome schip kan in drie standaard veertigvoetscontainers worden getransporteerd.
Lees verder onder de video
‘De genomineerde schepen onderscheiden zich ieder op hun eigen specifieke aspecten’, aldus juryvoorzitter Arie Peterse. ‘En dat maakt het uiteindelijke keuzeproces er niet makkelijker op.’