Boris van Zonneveld
De Prinses Beatrixsluis krijgt een enorme derde kolk. Ook wordt het Lekkanaal ter plaatse verbreed. Jaarlijks gaan ongeveer 50.000 schepen door de Beatrixsluis bij Nieuwegein en het Lekkanaal is de belangrijkste rechtstreekse hoofdvaarweg tussen de havens van Rotterdam en Amsterdam. Daarnaast is de Beatrixsluis de grootste monumentale binnenvaartsluis van Nederland.
Omdat steeds meer grote schepen het Lekkanaal gebruiken, dreigde de Beatrixsluis een knelpunt te worden. Bovendien was de Beatrixsluis nog het enige deel op de route tussen Amsterdam en Rotterdam waar schepen met een diepgang van 4 m niet konden varen. Daarom is het consortium Sas van Vreeswijk in opdracht van Rijkswaterstaat gestart met de bouw.
Zijn de huidige twee kolken elk 225 m lang, 18 m breed en geschikt voor schepen met een diepgang tot 3,5 m, de nieuwe kolk wordt maar liefst 270 m lang en 25 m breed. Hij krijgt een sluisdrempel op een diepte van 5,8 meter onder NAP, geschikt voor schepen met een diepgang tot 4 m.
Ook krijgt de derde kolk dubbele sluisroldeuren, waardoor de sluis tijdens werkzaamheden of bij een defecte sluisdeur in bedrijf kan blijven. Als alleen de buitenste deuren worden gebruikt is de nieuwe kolk nog langer, namelijk 297 m. Dan kunnen twee schepen van ieder 135 m lengte worden geschut.
Door de derde kolk kunnen schepen het sluiscomplex straks aanzienlijk sneller passeren. Zou de passeertijd zonder de nieuwe kolk in 2030 bijna anderhalf uur zijn, dankzij de derde kolk wordt dat teruggebracht tot slechts een half uur. Bovendien hoeven schepen met een diepgang boven de 3,5 m straks niet meer om te varen via de Waal. Dat levert een tijdwinst van zes tot acht uur op.