Nicole Bosch
Dinsdag 8 november is het eerste deel van de omstreden gasleiding Nord Stream in gebruik genomen in het bijzijn van onder meer bondskanselier Merkel, de Russische president Medvedev en premier Rutte.
De pijplijn die van het Russische Wyborg naar het Duitse Lubmin loopt, bestaat uit twee buizen van 1223 kilometer lengte en moet per jaar ongeveer 55 miljard m³ gas gaan vervoeren. De eerste buis is nu in gebruik genomen, de tweede volgt in 2012. De tweelingpijplijn, die voor het grootste deel over de bodem van de Oostzee loopt, bestaat in totaal uit zo´n 200.000 pijpdelen met een lengte van twaalf meter en een diameter van 1,2 meter.
De pijplijn heeft een investering gevergd van 7,4 miljard euro, zo´n zes miljoen euro per kilometer. Deze kosten moeten voor een groot deel terugverdiend worden door de verminderde transitkosten.
De aanleg van de pijplijn was controversieel. Nord Stream is concurrerend met bestaande landpijpleidingen. Dit leidde tot hevige protesten van Oost-Europese staten, zoals Polen dat op jaarbasis één miljard minder transitopbrengsten verwacht. Ook zouden er nog gevaarlijke mijnen op de bodem van de Oostzee liggen.
Door Nord Stream wordt Duitsland afhankelijker van Rusland. De gasleiding was mede daardoor politiek twistpunt tijdens de Duitse verkiezingen in 2005. Daarnaast waren er vraagtekens bij de motieven van oud-bondskanselier Gerhard Schröder. Hij zette zich tijdens zijn politieke carrière sterk in voor de bouw van de gasleiding. Na zijn aftreden als bondskanselier werd hij voorzitter van de toezichtsraad van Nord Stream.
Gazprom heeft met 51 procent het grootste aandeel in het project, Wintershall en E.on nemen beide voor twintig procent deel en de Nederlandse Gasunie voor negen procent.
