Nieuws
0

Reactie: Met elektrische auto doen we de verkeerde dingen iets minder inefficient

Rokus Wijbrans

De ‘Goede vraag’ in TW13 gaat over de juiste manier om de CO2-emissie van een elektrische auto te berekenen. Hier wordt wel heel creatief gerekend. Daarom hier een reactie.

Als je een benzineauto door een elektrische auto vervangt neemt de elektriciteitsvraag toe. Deze extra elektriciteit moet wel worden gemaakt. Zolang niet alle opgewekte elektriciteit duurzaam is, produceer je de extra vraag in een gascentrale en dien je navenant de CO2-emissie van deze centrale te hanteren. We kunnen immers de zon niet feller laten schijnen of de wind harder laten waaien. Zodra de huidige elektriciteitsbehoefte in Nederland 100% duurzaam wordt opgewekt, is ook de extra vraag duurzaam op te wekken en neemt ook de CO2-emissie af. De opmerking ‘als je dit ad ultimum doortrekt, blijf je altijd met fossiele energie voor elektrische auto’s rekenen’ in TW13 is dus niet juist.

In 2030 is hopelijk 70% van de huidige elektriciteit duurzaam. De conclusie dat de elektrische auto over enkele jaren vooral op zon en wind rijdt, is dan wel heel creatief boekhouden. Reken je het tijdelijke (!) overschot van zon en wind toch aan de elektrische auto toe, dan is deze elektriciteit niet meer beschikbaar voor het huidige verbruik. Deze moet je alsnog in een fossiele centrale opwekken. Met eveneens extra CO2-emissie tot gevolg. Voor een juiste vergelijking van systemen hanteer je daarom voor het vervangende systeem de CO2-emissie van het productiemiddel waarmee je de additionele vraag opwekt. Alleen dan zie je het effect van een verandering. Dit geldt voor elk systeem, ook voor de elektrische auto of een auto op waterstof.

De elektrische auto kan fluctuaties over één tot een paar dagen opvangen en zo bijdragen aan het smart grid. Dat is positief. Het huidige beleid om in 2030 70% duurzame elektriciteit te halen -waaronder de Regionale Energie Strategieën – leidt er echter toe dat steeds meer elektriciteit 1) op de verkeerde plek en 2) op het verkeerde moment wordt opgewekt. Talrijke gesubsidieerde zonneweides komen in dun bekabelde rurale gebieden. Vervolgens zijn er nog miljarden nodig om het elektriciteitsnet te verzwaren. De elektriciteit is dan nog steeds niet op het juiste moment beschikbaar.

Dit vergt opslag over langere perioden. Als de warmtevraag wordt geëlektrificeerd is zelfs seizoensopslag nodig. Daardoor wordt het nog eens vele miljarden duurder. De elektrische auto lost het opslagprobleem voor langere perioden niet op, maar maakt het hoogstens iets kleiner, ook al lijkt de term ‘smart grid’ iets anders te impliceren. Ook zorgt ze voor ‘uitstel van executie’; structurele overschotten en tekorten blijven bestaan, alleen treden ze iets later in de tijd op. Met de elektrische auto doen we de verkeerde dingen dan iets minder inefficiënt. Terwijl het anders, slimmer en goedkoper kan. Met ook een plek voor de elektrische auto. Niet als rechtvaardiging van een verkeerde oplossing, maar als onderdeel van een doordacht totaal systeem. Dat is waar het echt over zou moeten gaan. Maar laten we beginnen met goed te rekenen.

Rokus Wijbrans is directeur van energieadviesbureau CarbonCapital Solutions

Meer relevante berichten

Nieuwsbrief
Relevante berichten