Govert Schilling
Het kleine ruimtevaartbedrijf XCOR in Mojave (Californië, VS) hoopt eind dit jaar de eerste test uit te voeren met een prototype van een revolutionaire raketmotor, die ontwikkeld wordt voor United Launch Alliance (ULA), de bouwers van de zware Atlas 5- en Delta 4-raketten.
De nieuwe raketmotor moet uiteindelijk een stuwkracht van 110 tot 130 kN (kilonewton) krijgen.
In tegenstelling tot de huidige RL10-motoren van Aerojet Rocketdyne, die uitgerust zijn met turbopompen, werkt de nieuwe motor met een lichtere en goedkopere zuigerpomp. Zuigerpompen zijn niet eerder gebruikt voor raketmotoren die op vloeibare waterstof en vloeibare zuurstof werken. Restwarmte van de uitlaat wordt benut om de zuigerpomp aan te drijven.
Volgens Geoffrey Licciardello van XCOR zullen de eerste motoren op z’n vroegst rond 2020 geleverd kunnen worden. ‘Het is onze filosofie om zo snel mogelijk tests met kleine prototypes uit te voeren’, vertelt hij bij een proefopstelling van de zuigerpomp. ‘Real world-data zijn altijd veel waardevoller dan modelberekeningen en simulaties.’
Het contract tussen ULA en XCOR (dat ook het commerciële ruimtevliegtuig Lynx ontwikkelt) werd in maart 2011 getekend, nadat XCOR met succes nieuwe, lichte raketuitlaten van een aluminiumlegering had ontwikkeld.
Naast de bouw van het commerciële ruimtevliegtuig Lynx vormt de ontwikkeling van de nieuwe raketmotoren het tweede grote project van het veertien jaar oude XCOR, vertelt CEO Jeff Greason. ‘Uiteindelijk moeten ze tot lichtere raketten en dus goedkopere lanceringen leiden.’ Ook de Lynx maakt gebruik van zuigermotoren.