George Beekman
Op 5 november wordt vanaf de basis Baikonoer in Kazachstan met een Zenit-raket de Russische Marssonde Phobos-Grunt gelanceerd.
Het is de eerste Russische interplanetaire ruimtesonde sinds de mislukte lancering van de Mars-96 in november 1996. De dertien ton zware Phobos-Grunt (‘grunt’ betekent bodem) is gebouwd door het Russische ruimtevaartbedrijf Lavosjkin. Hij moet in oktober 2012 in een baan om de rode planeet komen. Enkele instrumenten aan boord zijn van Franse en Finse makelij.
In februari 2013 moet Phobos-Grunt een zachte landing maken op Phobos, een van de twee manen van Mars. Phobos is 26 km groot en draait in ruim zeven uur op een afstand van slechts zesduizend kilometer rond Mars. Via een robotarm moet zo’n 200 gram bodemmateriaal worden verzameld, dat vervolgens in maart 2013 in een Earth Return Vehicle naar de aarde wordt gestuurd. De aflevering staat gepland voor augustus 2014. De lander zelf blijft op Phobos nog een jaar lang onderzoek verrichten en ter plekke bodemmateriaal analyseren.
Phobos-Grunt is in feite ook de eerste Chinese missie naar Mars. Boven de ruimtesonde zit een microsatelliet, Yinghuo-1 geheten, die in een elliptische baan om de rode planeet moet komen. Daar zal deze 115 kg zware satelliet de rode planeet en zijn omgeving een jaar lang bestuderen.
Met Phobos-Grunt reist tenslotte ook een titanium capsule met micro-organismen mee, die uiteindelijk ook op aarde moet terugkeren. Dat is het Living Interplanetary Flight Experiment van de Planetary Society (VS). Biologen zijn benieuwd of deze organismen hun driejarige tocht door de ruimte zullen
overleven.
