Bart Stam
Het Nationaal Holocaust Museum in Amsterdam gaat in september 2022 weer open na een grootscheepse renovatie van 2,5 jaar. Ingenieursbureau ABT verzorgt het integraal bouwtechnisch ontwerp.
‘Een bijzonder gebouw met een bijzondere geschiedenis,’ aldus Kitty Huijbers, bouwfysicus en adviseur duurzaamheid bij ingenieursbureau ABT. Ze heeft het over de voormalige Hervormde Kweekschool aan de Plantage Middenlaan in Amsterdam, tegenover de Hollandsche Schouwburg en vlakbij Artis en het Verzetsmuseum. De school speelde in 1942 en 1943 een cruciale rol in het redden van ruim zeshonderd kinderen uit de aangrenzende joodse crèche. Dit was vooral het werk van Johan van Hulst, directeur van de Hervormde Kweekschool, crèchedirecteur Henriëtte Pimentel en Walter Süskind, beheerder van de Hollandsche Schouwburg. Zij kregen hulp van diverse verzetsgroepen die de kinderen naar onderduikadressen smokkelden.
Sinds mei 2016 is hier het Nationaal Holocaust Museum in oprichting gevestigd, onderdeel van het Joods Cultureel Kwartier. ‘Om van dit schoolgebouw, gebouwd in 1888, een modern museum te maken, is een ingrijpende verbouwing nodig,’ zegt Huijbers. ‘ABT heeft daarvoor alle bouwtechnische disciplines in huis. Denk aan constructietechniek, luchtbehandeling en klimaatbeheersing, brandbeveiliging, bouwfysica, energievoorziening en akoestiek.’
Inmiddels heeft het Joods Cultuur Kwartier het ontwerp van architectenbureau Office Winhov goedgekeurd en zijn de voorbereidingen voor de renovatie in volle gang. Huijbers somt enkele belangrijke onderdelen op: ‘De twee bovenste verdiepingen, die dateren uit de jaren zestig, maken plaats voor een monumentale overkapping. Hierdoor lijkt de gevel weer op het ontwerp uit 1888.’
In de achtertuin maakt de naoorlogse gymzaal plaats voor een auditorium en een zaal voor tijdelijke exposities. Huijbers: ‘Naast lezingen, congressen en presentaties is dit auditorium ook bedoeld voor filmvoorstellingen en muziekuitvoeringen.’ Er komen twee verbindingsgangen met het hoofdgebouw, waarvan de corridor voor bezoekers uit glas zal bestaan. Ook krijgt het voormalige woonhuis van Henriëtte Pimentel, dat inmiddels tot het museum behoort, een nieuwe voor- en achtergevel.
Huidige locatie Nationaal Holocaust Museum, foto: ©Luuk Kramer
In het hoofdgebouw komen verder moderne klimaatinstallaties, brandbeveilings- en energiesystemen. Huijbers: ‘Om kwetsbare documenten te kunnen laten zien, hebben we een museaal klimaat nodig met weinig schommelingen in temperatuur en vochtigheid. Omdat het een oud gebouw is met weinig ruimte, is het een hele uitdaging een goed klimaatsysteem te ontwerpen.’ De installaties worden weggewerkt in plafonds, wanden en meubilair. Dit om de ruimten zo flexibel mogelijk te houden voor de ontwerpers van de tentoonstellingen.
Er komt ook een nieuwe, duurzame energievoorziening. Huijbers: ‘In de bodem komt een klein energieopslagsysteem van zo’n 90 kW. Via een warmtepomp zal deze bron zorgen voor voldoende warmte en koude in het museum.’
ABT is sinds september 2019 betrokken bij het project. ‘Door onze brede bouwtechnische kennis, zijn we een uitstekende gesprekspartner voor zowel de architect, de opdrachtgever als de hoofdaannemer,’ vertelt Huijbers. ‘Omdat ik zelf architectuur en bouwkunde heb gestudeerd, kon ik als projectleider snel schakelen met het architectenbureau. Samen met onze specialisten verzorgen we de integrale advisering.’
In totaal werkt het ingenieursbureau met zo’n tien specialisten aan het Nationaal Holocaust Museum. Hoewel het zwaartepunt ligt in de voormalige kweekschool, is ABT ook betrokken bij de herinrichting van de entree, expositieruimte en de tuin van de Hollandsche Schouwburg aan de overzijde. ‘Beide musea behoren tot het Joods Cultureel Kwartier en zijn dus nauw met elkaar verbonden,’ aldus Huijbers.
Als begin 2021 de verbouwing begint, breekt ook voor ABT een spannende fase aan. ‘De kweekschool is sinds 1888 zo’n tien keer ingrijpend verbouwd. Ook als we alle bouwtekeningen naast elkaar leggen, zal het gebouw nog tal van geheimen hebben. Samen met hoofdaannemer zullen we daar goed naar moeten kijken.’