Jan van den Berg
De IJsselcentrale in Harculo (een buurtschap van Zwolle) moet tegen de vlakte. De in 1955 geopende centrale kan volgens eigenaar Engie Energie Nederland niet meer bijdragen aan de Nederlandse elektriciteitsproductie en heeft Koole Contractors de opdracht gegeven om de energiecentrale volledig te ontmantelen en de grond rond de centrale te saneren.
De sloop is een van de grootste industriële sloopwerkzaamheden die Nederland kent. De centrale is ooit gebouwd voor kolenstook en is omgebouwd om eerst olie en later aardgas te verbranden. Het elektrisch vermogen bedroeg uiteindelijk 350 MW. Dit werd opgewekt door zes turbines, die gevoed werden door evenzoveel ketels. Deze zijn ondergebracht in een gebouw van 240 m lang en 50 m hoog. Oorspronkelijk omvatte de centrale vijf schoorstenen, waarvan er nog twee overeind staan.
Engie-woordvoerder Michael Verheul spreekt van een grote klus. ‘We denken dat de sloop twee tot tweeënhalf jaar gaat duren. Het betreft een complex gebouw, dat per onderdeel wordt afgebroken en gesloopt. Dat heeft tijd nodig.’ Bovendien moeten de slopers van Koole rekening houden met uiteenlopende zaken. Zo moet er zo min mogelijk natuurverstoring zijn in het broedseizoen. Dat maakt ingrijpende werkzaamheden, zoals het door explosies neerhalen van de schoorstenen, in die periode onmogelijk.
Ook mag er geen vervuiling vrijkomen, legt John Bolt, projectleider bij Engie, uit. ‘Dan hebben we het over bijvoorbeeld asbest en radioactief slakkenwol. Dat moeten we eerst allemaal verwijderen, voordat we de gebouwen en schoorstenen kunnen gaan slopen.’
Slakkenwol is een soort steenwol die gemaakt is van metaalslakken. Het is in het verleden veel toegepast in elektriciteitscentrales als isolatiemateriaal op leidingen, ketels en deuren. Het is licht radioactief en vormt een risico dat vergelijkbaar is met dat van asbest. Het mag dus niet vrijkomen en mag niet ingeademd worden door de slopers. Koole besteedt de verwijdering ervan uit aan Applus, dat gespecialiseerd is in de omgang met radioactief materiaal.
Zoals van een oud industrieel complex te verwachten valt, is de bodem ook vervuild. Een van de meest risicovolle verontreinigingen in dit kader is het giftige pentachloorfenol (PCP), dat werd gebruikt om houten palen en bielzen te beschermen tegen rotten.
De gevaarlijke stoffen zijn waarschijnlijk eind 2017 verwijderd. Dan kan Koole beginnen aan de installaties, gebouwen en schoorstenen. De installaties leveren vooral schroot op. Het puin van de gebouwen wordt op het terrein vergruisd en vervolgens afgevoerd. Het duurt tot het einde van 2018 om de IJsselcentrale geheel af te breken.