Mischa Brendel
Aan de Deense kust bij Thyborøn heeft een windmolen zijn conventionele generator met permanente magneten ingeleverd voor een exemplaar met supergeleiders.
Het voordeel van de nieuwe generator is dat deze veel compacter en maar half zo zwaar is als zijn voorganger, maar toch in staat is hetzelfde vermogen te leveren. Ook is het aandeel zeldzame aardmetalen, zoals neodymium, in de supergeleidende generator een stuk lager. In de generator van een windturbine draaien magneten om een spoel heen die magnetische energie converteren in elektrische energie. Met supergeleidende kabels zijn kleinere magneten met dezelfde kracht te maken.
Het nadeel van supergeleidende magneten is dat deze sterk gekoeld moeten worden. Dat gebeurt in de generator met behulp van compacte cryocoolers die op de rotor meedraaien. Deze houden de temperatuur rond de -240 °C.
Onderzoekers van de Universiteit Twente leverden een belangrijke bijdrage aan het ontwikkelen en testen van de nieuwe generator, die in het Europese project EcoSwing is ontwikkeld. ‘Wij waren in dit project betrokken bij ‘alles wat koud is’’, aldus dr. Marc Dhallé. Hij en de andere UT-onderzoekers van de onderzoeksgroep Energy, Materials and Systems hielden zich onder meer bezig met het testen van de supergeleidende tape die voor dit project is ontwikkeld.
Eerst op labschaal, maar inmiddels per kilometer te produceren.
De supergeleidende generator heeft een doorsnede van 4 m; bijna 1,5 m minder dan de vorige generator. De windmolen waarop de supergeleidende generator is geïnstalleerd, levert 3,6 MW, telt twee rotorbladen met een totale diameter van 128 m en is 88 m hoog. Nu is het kijken of de supergeleidende generator ook naar verwachting zal presteren.