Mischa Brendel
De Adviesraad voor wetenschap, technologie en innovatie (AWTI) pleit in een op 6 september aan minister Kamp van EZ overhandigd rapport voor het voortzetten en doorontwikkelen van de topsectorenaanpak.
In het 45 pagina’s tellende rapport concludeert de AWTI dat de topsectorenaanpak succesvol is gebleken. AWTI-voorzitter Uri Rosenthal zei hierover het volgende: ‘Met de topsectorenaanpak heeft Nederland een samenwerkingsmodel ontwikkeld waar men in het buitenland met afgunst naar kijkt.’
Toch noemt de AWTI wel enkele verbeterpunten. Zo ziet het adviesorgaan binnen het huidige topsectorenbeleid ruimte voor nieuwe initiatieven. De regering dient de topsectorenaanpak open te stellen voor PPS-verbanden rondom nieuwe topthema’s; deze thema’s moeten ook kunnen strekken over meerdere topsectoren heen. Om tegelijkertijd een wildgroei aan nieuwe topthema’s tegen te gaan, moet de overheid meer duidelijkheid scheppen omtrent de doelstelling van de topsectorenaanpak: duurzame economische groei en ontwikkeling. Ook adviseert de AWTI het topsectorenbeleid uitsluitend op de koplopers te richten en om niet te proberen het mkb over de hele breedte mee te krijgen.
Tot slot adviseert de AWTI differentiatie en intensivering: de overheidsinzet moet tussen de topsectoren gedifferentieerd worden, want de ene topsector heeft meer baat bij overheidsinzet dan de andere. Daarnaast moet de toeslag voor TKI’s (Topconsortia voor Kennis en Innovatie) omhoog van 25 % tot minimaal 40 %. Het naar de markt brengen van innovaties is ook essentieel: door als ‘launching customer’ op te treden en te bemiddelen kan de overheid een oversteek van de beruchte ‘valley of death’ (de moeilijk overbrugbare overgang van startup naar goedlopend bedrijf) faciliteren.
Kamp reageerde positief en concludeerde dat het topsectorenbeleid werkt. ‘Dat is van grote betekenis voor de Nederlandse economie en daar profiteren wij allemaal van.’