Mischa Brendel
Aan welke eisen moet een rolstoel voor sporters voldoen en op welke vlakken zijn de huidige sportrolstoelen te verbeteren?
Het populairwetenschappelijke tijdschrift EOS besteedt in zijn septembernummer aandacht aan het onderzoek van een Delftse en een Amsterdamse wetenschapper op dit gebied.
De twee wetenschappers plakten de rolstoelen van onder meer de nationale rolstoelbasketbalteams van Nederland en Groot-Brittannië vol met sensoren om data te verkrijgen over snelheid, het aantal maal dat er gekeerd werd en de zijwaartse bewegingen van de spelers. Vervolgens ontwikkelden zij een testrolstoel met tal van verstelbare onderdelen, omdat ook rolstoelbasketballers in veel opzichten van elkaar verschillen. Zo heeft de ene speler een geamputeerd been, terwijl een andere speler een dwarslaesie heeft; elke speler gebruikt en belast de rolstoel hierdoor anders.
Het onderzoek leidde al tot nieuwe, ook buiten rolstoelbasketbal toepasbare inzichten (bijvoorbeeld bij rolstoelhockey en rolstoeltennis), al is het volgens de twee wetenschappers nog te vroeg om de verworven kennis nu direct al toe te passen. Toch trekken zij al enkele interessante conclusies. Zo heeft een aanvaller meer aan een rolstoel met hoge zitting, terwijl spelers die lange afstanden moeten maken veel baat hebben bij een goede balans; ondersteuningswieltjes hinderen hen juist, omdat deze de rolstoel op de langere stukken te veel afremmen. Het lijkt nu ook slechts een kwestie van tijd voordat men de Paralympics net zo serieus neemt als de Olympische Spelen.
