Henk Tolsma
China is de werkplaats van de wereld en het produceert met Duitse machines. Dat beeld klopt, voor een deel. Want China heeft zelf ook een grote machinebouwindustrie, qua omzet zelfs 2,5 maal groter dan de Duitse, maar deze produceert vooral voor de binnenlandse markt.
China was dit jaar ‘partnerland’ van de Hannover Messe. De belangrijke industriebeurs werd dit jaar geopend door bondskanselier Merkel en de Chinese premier Wen Jiabao. Van de in totaal 5.000 tentoonstellende bedrijven, universiteiten, onderzoeks- en overheidsinstituten waren er maar liefst 475 afkomstig uit China.
Duitsland en China onderhouden sterke economische betrekkingen en het is bepaald geen eenrichtingsverkeer. De Chinese export naar Duitsland bedroeg vorig jaar 79,3 miljard euro, omgekeerd ging er voor 64,8 miljard euro van Duitsland naar China. Niettemin is er een enorm kwaliteitsverschil: ‘Made in China’ heeft lang niet de reputatie van ‘Made in Germany’. China is goedkope massaproductie, Duitsland biedt geavanceerde machines, zo het beeld. Het sterkst geldt dat voor auto’s, daar gaat de handel maar één kant uit: naar het oosten.
De economische relatie tussen beide landen is echter niet zonder problemen. Duitse bedrijven klagen dat China grondstoffen, vooral zeldzame aardmetalen, voor zichzelf houdt. Ze beschuldigen de Chinezen ook van een kwart van alle gevallen van productpiraterij waar ze het slachtoffer van zijn. Wen Jiabao beloofde in Hannover beterschap.
