Gerald Schut
Bij de opening van het academisch jaar heeft staatssecretaris Stientje van Veldhoven officieel het nieuwe energie-instituut van de TU Eindhoven gelanceerd: EIRES (het Eindhoven Institute for Renewable Energy Systems). Het (voorlopig nog virtuele) instituut zal zich gaan richten op 4 thema’s die cruciaal zijn voor het welslagen van de energietransitie: warmteopslag, elektrochemische conversie, CO2-neutrale brandstoffen (zoals metaalbrandstoffen) en systeemintegratie. De universiteit steekt er de komende vijf jaar € 10 miljoen in en trekt vier nieuwe hoogleraren en elf nieuwe docenten aan.
Volgens kersvers EIRES-directeur Richard van de Sanden is de regio Eindhoven uiterst geschikt om samen met de maakindustrie decentrale en slimme oplossingen te ontwikkelen voor de conversie en opslag van energie. ‘Inzet op kleine oplossingen gaat sneller, want dan kan je opschalen op basis van aantallen in plaats van op omvang.’ Zo is één van de paradepaardjes van het nieuwe instituut het Dutch Electrolyzer-consortium. Het doel hiervan is het ontwikkelen van kleinschalige elektrolyzers die in woningen of wijken kunnen worden geïnstalleerd om decentraal energie uit wind of zonnepanelen op te slaan. Modulaire bouw en andere nieuwe fabricagetechnieken moeten de nieuwe elektrolyzer goedkoper maken dan bestaande grotere exemplaren. TU/e en VDL Groep tekenden hiervoor eerder deze maand een intentieverklaring.
Volgens Mark Boneschanscher, managing director van EIRES, vergt de energietransitie grootschalige productie van technologie als elektrolyzers, die we nu nog importeren uit het buitenland. ‘Als we zo doorgaan, loopt Nederland de kans mis om echt te verdienen aan de energietransitie. En dat zou jammer zijn, zeker nu we middenin een economische crisis zitten.’
Van de Sanden: ‘Met deze projecten proberen we antwoord te geven op de grootste uitdaging van de energietransitie: het gelijktijdig duurzaam maken van de energie-, transport- en chemische sector. Het gaat dus niet alleen over energie, maar ook over duurzame en hoogwaardige grondstoffen voor de chemie.’
Vorig jaar lanceerde de TU/e al EAISI, een instituut voor onderzoek naar kunstmatige intelligentie onder leiding van Carlo van de Weijer.
