Henk Klomp
Door in dieselolie tien procent de olie cyclohexanon, de grondstof van nylon, bij te mengen, halveert de roetuitstoot, zo ontdekten chemici van de TU/e.
‘Een diesel rijdt zelfs helemaal roetvrij als vijftig procent van de olie wordt bijgemengd,’ vertelt Michael Boot van de TU Eindhoven die afgelopen dinsdag op de nieuwe dieselolie, (Cyclox) promoveerde. Roet van diesels is een belangrijke oorzaak van het fijnstofprobleem in binnensteden. Het ontstaat door onvolledige verbranding van dieselolie. ‘De bijmenging met cyclohexanon maakt de dieselolie minder reactief. Hierdoor krijgt de brandstof meer tijd tussen de inspuiting en de ontsteking om zich goed met zuurstof te mengen.’
Â
De chemici ontdekten hoe ze cyclohexanon, een aromatische monomeer, goedkoop uit houtstof kunnen produceren. Ze hebben samen met drie academische faculteiten en petrochemische bedrijven bij Agentschap NL subsidie aangevraagd voor het bouwen van een pilotplant. Houtstof, ook wel lignine genoemd, is afkomstig uit de celwand van plantencellen. ‘Chemisch heeft houtstof veel weg van de vertakte polymeer van cyclohexanon. In de pilotplant worden deze ketens verbroken en de monomeren waarin de polymeer uiteenvalt gehydrogeneerd.’
Â
De omzetting van houtstof in cyclohexanon is commercieel aantrekkelijk. Houtstof kost tussen de vijftig en honderd euro per ton. Als mengstof bij dieselolie brengt het al snel het tienvoudige op. Als zuivere grondstof voor nylon levert cyclohexanon zelfs duizend euro per ton op. ‘Elke papierfabriek heeft nu een afvalkraan waaruit houtstof komt. Maar ook andere grote petrochemische bedrijven, bijvoorbeeld fabrieken die ethanol aanmaken, hebben houtstof als afval en zijn geïnteresseerd in de pilotplant’, stelt Boot.
Â
Scandinavische landen, die een grote papierindustrie hebben, kunnen met een verplichte bijmenging zowel het roetprobleem als hun lignineoverschot aanpakken. In Nederland wordt er jaarlijks genoeg lignine geproduceerd voor een bijmenging van vijf procent.