Jan Spoelstra
Holland Container Innovations (HCI) doet dit jaar met proefprojecten in Nederland en China een nieuwe poging om opvouwbare containers in de markt te zetten.
Bijzonder aan deze pilots is dat het nu voor het eerst om volledig ISO-gecertificeerde containers gaat.
Per project gebruikt HCI vier veertigvoetscontainers, die volgens algemeen directeur Simon Bosschieter met een beetje oefening binnen een uur opgevouwen en opgestapeld kunnen worden tot het formaat van één container. Bosschieter: ‘Wanneer je alle lege containers per vier kan terugsturen, levert dat een enorme kostenbesparing en milieuwinst op.’
Het transport van lege zeecontainers kost wereldwijd jaarlijks 20 miljard dollar. Vooral voor een haven als Rotterdam, waar containers wel vol binnen komen, maar een derde van alle containers de haven leeg verlaat, is de opvouwbare container wellicht een uitkomst.
De milieuwinst zit vooral in het verminderen van de bewegingen van containerkranen en het vervoer over de weg. ‘Voor het vervoer over water maakt het qua brandstofverbruik weinig uit of containers al dan niet opgevouwen aan boord staan. Maar vooral vrachtwagens die lege containers naar de terminal brengen, kunnen flink brandstof besparen’, zegt Bosschieter.
Voor de ISO-certificering moest HCI de opvouwbare container tot meer dan 60 ton beladen en optillen aan de vier hoekpunten. Op een zeker moment rustte tijdens de test zelfs 96 ton op elk van de vier hoekpunten. Via rubberen afdichtingen en vergrendelingen zijn de containers volledig waterdicht. De opvouwbare container is iets zwaarder dan een standaard veertigvoetscontainer.
‘Doel van de pilots is nu om te kijken hoe de opvouwbare containers zich in de praktijk houden’, besluit Bosschieter. ‘In de gecontroleerde omgeving van het laboratorium kon het prototype honderden keren open- en dichtgeklapt worden.’