Henk Klomp
Op de Siggraph Conferentie, komende maand in Hong Kong, presenteren ingenieurs van de Technische Universiteit in Berlijn een slimme oplossing om 3d-beelden te schieten van de omgeving.
Hun zogeheten panoramabal, die in de lucht wordt gegooid, maakt opnames in alle richtingen die in een computer zijn te bekijken als 3d-plaatjes.
De ingenieurs maakten met een 3d-printer een bal, bedekt met schuimplastic, waarin ze zesendertig camera’s aanbrachten. Deze camera’s zijn relatief goedkope, geminiaturiseerde 2 megapixel camera’s uit mobieltjes. In het centrum van de bal bevindt zich een versnellingsmeter. Een chip in de bal bepaalt precies het moment dat de bal op het hoogste punt in de lucht hangt. Op dat moment, als hij dus een fractie van een seconde niet beweegt, maken alle zesendertig camera’s een foto. Via een USB-poort zijn vervolgens alle foto’s in te laden in een computer. Omdat de camera’s gelijkmatig verdeeld zijn over de bol kan de computer hieruit eenvoudig complete panoramabeelden maken.
Tot nu toe was een nadeel bij panoramabeelden dat bewegende objecten zogeheten ghosting-onscherpten veroorzaken. Fotograven bouwen panoramafoto’s vaak foto voor foto op. Doordat de bal alle foto’s in één keer schiet, kunnen de Duitsers ghosting voorkomen.
Ook heeft de panoramabal het voordeel dat hij naar beneden kan fotograferen, omdat hij in de lucht hangt en niet op een statief staat. Mensen ervaren een omgeving veel intensiever als ze kijken naar 3d-plaatjes op de computer dan naar foto’s, omdat ze van nature een heel ruim blikveld hebben.
