Gerald Schut
Toch nog even over het rapport ‘Woonlastenneutraal koopwoningen verduurzamen’, dat het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) eind augustus presenteerde. In veel media werd het opgepikt met als strekking dat het voor de meeste woningeigenaren verstandiger zou zijn om isolatie en zonnepanelen uit te stellen. ‘Verduurzamen eigen woning financieel onaantrekkelijk,’ kopte het PBL zelf. En: ‘Met de huidige investeringslasten en regelingen is verduurzamen voor vrijwel niemand rendabel.’
Met deze berichtgeving dreigen jaren van energiebesparingscampagnes op de helling gezet te worden en dat is te betreuren. Het is doodzonde dat mensen lethargie aangepraat wordt, omdat de boodschap in veel gevallen niet klopt. Wat heeft het PBL onderzocht? Kosten en besparingen van het energieneutraal maken van een rijtjeswoning van 110 m2 door ervan uit te gaan dat de investering met een lening gefinancierd moet worden. Dan worden scenario’s met rentes van 0, 2 en 3,5% doorgerekend. En wat blijkt? Bij een lening met 2% rente verdient de helft van de huishoudens de verduurzaming terug.
Maar Nederlandse huishoudens hebben gemiddeld € 40.000 op de bank. We mogen er bovendien van uitgaan dat dat spaarvermogen geconcentreerd is onder woningbezitters. Voor wie genoeg geld op de bank heeft staan, is het 0% scenario relevant, want die hoeft helemaal geen lening te nemen. Volgens het PBL een berekening met ‘gratis geld’. En dan is de conclusie tegenovergesteld! Ik citeer uit het rapport: ‘Onder dit onrealistische scenario wordt verduurzamen voor vrijwel alle huishoudens aantrekkelijk.’ Dat klinkt toch nogal anders dan de boodschap, dat verduurzaming ‘voor vrijwel niemand rendabel is’. Volgens het PBL is spaargeld gebruiken niet gratis, ook niet als je 0% rente van de bank krijgt, want ‘je had ook iets anders met het geld kunnen doen’: opportuniteitskosten. Vanuit klimaatoogpunt kan je dit idee ook andersom bekijken. Door spaargeld in je spouwmuur te stoppen, kan je het niet meer uitgeven aan vliegvakanties. Zo heb je dus een dubbele milieuopbrengst van je ‘onrendabele keuze’.
Methodologisch is er nog wel meer af te dingen op het onderzoek. Zo worden bestaalnde subsidieregelingen en de btw-teruggave bij de aankoop van zonnepanelen niet meegerekend. Ook wordt uitgegaan van een plotselinge renovatie (the full monty) van energielabel G of D naar B met genoeg zonnepanelen om energieneutraal te zijn. In de realiteit vindt verduurzaming plaats op natuurlijke momenten zoals een verhuizing, waardoor je niet apart nog eens voor een nieuw behangetje hoeft te betalen, want dat nam je toch al. Het duurste deel van de berekende verduurzaming is bovendien het vervangen van de gastketel door een warmtepomp, reageert mijn voormalige werkgever Milieu Centraal. Het isoleren van een bestaande woning is sowieso voor vrijwel iedereen rendabel. Met collectief inkopen van zonnepanelen is bovendien nog eens ruim een kwart te besparen, althans zo ging dat in mijn straat.
Dat een verkeerd beeld bij huiseigenaren blijft hangen is extra jammer, omdat het rapport eigenlijk helemaal niet als consumentenadvies bedoeld was. De onderzoeksvraag was in hoeverre een nieuw financieel instrument (de gebouwgebonden lening) energieneutraliteit voor iedereen financieel aantrekkelijk maakt. De boodschap aan de politiek is dus, dat zo’n lening niet volstaat. Maar voor mensen thuis is er geen enkele reden om op hun handen te gaan zitten.