Gerald Schut
De EU koerst af op tientallen GW’s aan elektrolysercapaciteit in 2030. Als je niet oppast draaien die op gascentrales, waardoor de waterstof die je ermee produceert beter direct van aardgas had kunnen maken. De Luxemburgse minister Claude Turmes had daarom voorgesteld aan subsidies voor groene waterstof een additionaliteitseis te verbinden: alleen als de elektrolyser gekoppeld is aan extra zonne- of windparken kun je er subsidie voor krijgen.
In podcast ‘Studio Energie’ vertelt Europarlementariër Bart Groothuis (VVD) vol trots dat hij er namens de liberale fractie Renew Europe (voorheen ALDE) in geslaagd is die zinvolle eis uit een belangrijke resolutie van het EP te slopen. ‘Dat leest u niet, dus vertel ik het.’ Die elektrolysers kun je veel sneller bouwen dan die windparken met bijbehorende bekabeling, legt Groothuis uit. ‘Additionaliteit’ verlangen zou de ‘ramping up’ van elektrolysers maar vertragen. Maar als we die elektrolysers zo snel kunnen bouwen, waarom zouden we daarmee dan niet wachten tot de benodigde groene elektriciteit gegarandeerd voorhanden is?
Waterstof uit de huidige stroommix met gas en kolen stoot immers meer CO2 uit dan gangbare ‘grijze’ waterstof. Misschien kunnen we voor de helderheid beter stellen dat elektrolysers die je nu zomaar in het stopcontact steekt geen groene waterstof maken maar zwarte waterstof. Opmerkelijk ook dat de doorgaans kritische gastheer Remco de Boer hier niet op doorvroeg. Verder zei de joviale Groothuis gelukkig ook nog verschillende verstandige dingen.
