Achtergrond

Timmeren en isoleren met mest: geen CO2 uitstoten bij productie van isolatiemateriaal, maar CO2 opslaan

Bij de productie van steenwol en ander isolatiemateriaal komt nogal wat stikstof vrij. Frank van Genugten uit Sint-Oedenrode maakt isolatieplaten die juist CO2 vastleggen. Zoals hij ook houtvervangend plaatwerk produceert, grondstoffen die veen vervangen in potgrond, maar ook groen gas. Met verse koemest als grondstof.

In het Brabantse Sint-Oedenrode verwerkt Frank van Genugten van GroenewoudGas rundermest tot gas met een methaangehalte van 89% dat rechtstreeks het plaatselijke aardgasnetwerk opgaat. De aanwezige CO2 filtert hij eruit, die gaat naar de tuinbouw, naar frisdrankfabrikanten of bierbrouwers. Het enige dat overblijft is digestaat dat verkocht wordt als meststof. Met GroenewoudBuild maakt hij bouwmaterialen.

De ondernemer heeft er zijn eigen melkveehouderij voor aan de kant gezet. “Ik kan er zo weer mee beginnen”, zegt hij, wijzend naar de lege stallen aan de overkant van de weg. “Maar voorlopig heb ik het hier druk genoeg mee.”

Klimaatdoelstellingen

En die drukte wordt er voorlopig niet minder om, gezien de ontwikkelingen. Om de klimaatdoelen in 2050 te halen moet de energietransitie worden versneld, maar ook de CO2-uitstoot omlaag. Daarom heeft minister Jetten van Klimaat en Energie per 2025 een bijmengplicht voor groen gas in het leven geroepen.

In de bebouwde omgeving moet 20 procent van het aardgas worden vervangen door groen gas. De huidige productie van 220 miljoen kubieke meter groen gas per jaar moet omhoog tot meer dan 2 miljard kuub in 2030. De EU wil vanwege de oorlog in Oekraïne minder afhankelijk zijn van Rusland en zelfs naar 35 miljard kuub groen gas in 2030.

Geperste koemestkorrels voor de particuliere markt in emmers van 10 liter.

Het klimaatpakket van het kabinet voorziet bovendien in een CO2-reductie van 60% per 2030. Dit geeft een hele andere dynamiek in de energiesector. Zo was mestvergisting vooral gericht op het wegwerken van mest en het opwekken van energie. Nu neemt echter ook het belang toe van de reductie van CO2, methaan en stikstof.

De aandacht van de mestverwerkers verschuift zo van covergisting naar monovergisting. In een covergister wordt 20 tot 50 procent energierijke stromen bijgemengd. Een monovergister draait op mest alleen en levert daardoor naast energie ook een behoorlijke reductie van CO2 en methaan op.

Biologisch proces

Van Genugten haalt bij 18 melkveehouders in de omgeving dagverse mest op. Dagvers is het geheim van monovergisting, verklaart hij. “Het gas vervliegt langzaam”, verklaart Van Genugten. “Op zondag halen we geen mest op. Dat geeft niet, een paar dagen kun je mest wel bewaren. Daarna neemt de hoeveelheid gas steeds sneller af, na twee weken is het meeste wel ontsnapt.”

De ondernemer heeft de cijfers paraat: Eén ton dagverse koemest levert tot wel 35 kuub gas. Eén koe levert 25 ton per jaar, met twee koeien kun je één huishouden voorzien. Groenewoudgas produceert dagelijks 3250 kuub groen gas. Dat gaat, na het uitfilteren van de CO2, rechtstreeks het aardgasnetwerk van Sint-Oedenrode op. Jaarlijks 1,2 miljoen kuub, goed voor bijna 950 huishoudens.

Monovergisting is niet nieuw. Het is een biologisch proces, vertelt Van Genugten. Hij doet mee met een SDE-regeling die de dalen in de gasprijzen opvangt. Dankzij die regeling krijgt hij over twaalf jaar minimaal een euro per kuub. Met een marktprijs van 3 euro, zoals vorig jaar, hoeft de overheid dus niet mee te betalen. Maar nu doet het aardgas maar 50 cent en er waren zelfs momenten dat het slechts 12 cent opleverde. “En ik heb die euro wel nodig om er iets aan te kunnen verdienen.” De voornaamste kosten zitten in het bouwen van de installatie. “Bouwen is bijna onbetaalbaar. Het staat niet meer in verhouding”, zegt hij.

Akoestische panelen

Een afzet voor meststoffen had hij al. Het digestaat gaat rechtstreeks naar het buitenland, momenteel doet hij veel zaken met Frankrijk. Maar ook potgrondfabrikanten zijn geïnteresseerd, zij gebruiken het als vervanger van veen. “Veenafgravingen moeten juist stoppen vanwege de enorme CO2-uitstoot.” En zijn bedrijf GroenewoudGroei verkoopt ook geperste koemestkorrels in plastic emmers van tien kilo voor de particuliere markt.

Andere inkomsten haalt hij juist uit de hoge bouwkosten. Die kosten zijn zo hoog door de materialen. Hij maakt koemestplaten die hout vervangen en isolatieplaten. In de hal ligt een stapel platen met een dikte van anderhalve millimeter. “Maar je kunt het krijgen in alle formaten.” Daarna kun je het gebruiken zoals hout. Ter vervanging van hardboard of multiplex. Momenteel heeft hij een partij verzaagd tot latjes waarmee hij akoestische panelen in elkaar heeft gezet.

GroenewoudBuild maakt van de reststoffen bouwmaterialen zoals onder meer de platen onderop waarvan weer akoestische panelen gemaakt kunnen worden.

Stikstof

Geur speelt geen rol, benadrukt de ondernemer. “Al het gas is eruit. Wat overblijft is een geurloos product.” En zo is het geen enkel probleem om de reststromen te verwerken tot isolatieplaten die gretig aftrek vinden bij de bouw van prefabhuizen. Van Genugten: “Volgens het nieuwste bouwbesluit wordt er te veel CO2 uitgestoten, zodat bouwbedrijven andere keuzes moeten maken”. Gewone bouwmaterialen als beton zijn veel te vervuilend, wil hij maar zeggen.

Als er een nieuwe wijk gebouwd moet worden, zijn er dus twee mogelijkheden: CO2-rechten afkopen, die in Utrecht al oplopen tot 875 euro per ton, of CO2 vastleggen met de keuze van bouwmaterialen in plaats van CO2 uitstoten.

En dan kun je bij Van Genugten terecht. Hij is al vijftien jaar actief aan het investeren in mestverwerking, de bouwmaterialen maakt hij nu sinds een halfjaar. Ze zijn volledig organisch biobased. Ze leggen CO2 vast. Uit een maandelijkse GHG-berekening blijkt, zo weet de ondernemer, dat de hoeveelheid CO2 die in de producten wordt vastgelegd negatief is ten opzichte van de originele materialen.

Ook de isolatiewaarde van de platen van GroenewoudBuild zijn vergelijkbaar met die van Rockwool. Alleen hoort Rockwool juist bij de grootste uitstoters van stikstof van Nederland. “En over honderd jaar kun je ze weer over het land uitrijden. Het is 100 procent circulair”.

Frank van Genugten toont het eindproduct dat kan worden gebruikt als veenvervanger in potgrond, maar ook tot koemestkorrels voor particuliere doeleinden.

Persen

Ook bouwen en isoleren met koemest is feitelijk niet nieuw. “Al duizenden jaren wordt er mee gebouwd. Muren worden ingesmeerd met koemest, juist vanwege die isolerende waarde.” Over het procedé laat hij zich niet uit. “Persen”, is alles wat hij kwijt wil. “Persen met het geheim van de smid.” Eén detail wil hij wel verklappen: varkens- of pluimveemest is net zo goed te vergisten als rundermest, maar omdat een herkauwer zich voedt met gras is de mest vezelig. Die structuur heb je wel nodig.

De vergistingsinstallatie verwerkt biogas tot gas met aardgaskwaliteiten zodat het direct het aardgasnet op kan.

Zo bezien lijkt monovergisting, met alle producten die het met zich meebrengt, de oplossing van het mestprobleem. “Het mestprobleem bestaat niet”, beweert van Genugten stellig. “Alleen in Nederland hebben we wat veel, maar dat is een kwestie van verwerken. Dan hoef je het alleen maar naar het buitenland te brengen. Maar mijn procedé levert in elk geval een totaaloplossing van ammoniak als broeikasgas.”

Verdieping: ‘Geen oplossing voor het mestprobleem’

“Het initiatief van GroenewoudGas is interessant en sympathiek, maar het is absoluut geen oplossing van het mestprobleem”, reageert Jan Douwe van der Ploeg, emeritus hoogleraar Rurale Sociologie van Wageningen UR. “Het mestprobleem vertakt zich naar die delen van de wereld waar mineralen als stikstof vandaan komen. De sojavelden in Zuid-Amerika bijvoorbeeld.”

In zijn recente boek ‘Gesloten wegens Stikstof’, beschrijft hij de kern van het huidige stikstofprobleem: Jaarlijks stroomt er 434 miljoen kilo stikstof de landbouw binnen via krachtvoer en nog eens 238 miljoen kilo via kunstmest. “Bij de productie komt veel meer CO2 vrij dan je kunt opslaan. Met dit soort initiatieven ben je dus eigenlijk het paard achter de wagen aan het spannen.”

Van der Ploeg vraagt zich af hoe de melkveehouders die hun mest leveren hun eigen land bemesten. “Hebben ze weinig grond? Of brengen ze daar kunstmest heen? Van Genugten zegt wel dat het 100 procent circulair is, maar de enige cyclus die echt werkt is grondgebonden landbouw op bedrijfsniveau, waar de hoeveelheid vee en grond overeenkomen. Zo kun je kwalitatief goede mest produceren die ten goede komt aan de bodembiologie, zodat de bodem weer gezonde voeding voor het vee kan produceren.”


Je las zojuist een gratis premium artikel op TW.nl. Wil je meer van dit? Abonneer dan op TW en krijg toegang tot alle premium artikelen.


 

Onderwerp: Duurzaamheid

Meer relevante berichten

Nieuwsbrief

Relevante berichten
×